Column
Pedro Elias geeft toe: "Ja, ik kick op alles wat Panini is"
Pedro Elias is presentator en schrijver.
Ik ben een sloef in het huishouden, maar mijn vrouw beweert van niet en ja, als zij het zegt, dan zal het wel kloppen, zeker? Wie ben ik om tegen haar in te gaan: niemand. Daarom volg ik iedere ochtend gedwee het militaire ritueel dat zij voor ons uitstippelt. Dat is makkelijk als volgt samen te vatten: zij doet alles en ik geen fluit.
Maar wanneer ze de kinderen anderhalf uur later heeft gewassen, gevoed, getroost en aangekleed, is het aan mij, dan moet ik onze kinderen naar school fietsen. Op papier een eerlijke deal, maar wie wil ’s ochtends tussen ongewassen ouders en kwijlende kinderen aan schoolpoorten staan, wie wil ’s ochtends bevriende en minder bevriende karakteracteurs pro forma moeten groeten en onderweg naar dit alles ook nog eens een opgefokte fietsnazi moeten ontwijken?
Schaamte
En toch gedraag ik me in deze ochtendhel als een grote meneer. Ik neem zelfs de tijd om uitvoerig afscheid van de kinderen te nemen. De oudste (13) heeft daar steeds minder behoefte aan en vorige keer smeekte hij me zelfs om de zone van de schoolpoort te verlaten. Puberschaamte, dacht ik, tot ik besefte dat ik mijn broek was vergeten aan te doen, en een string van mijn vrouw droeg.
Ja, ik geef toe, ik ben geen ochtendmens. Maar de jongste kindjes (3 en 2) kan ik uren uitwuiven, want die kennen nog geen vaderschaamte, die houden gewoon van papa. En weet je wat, papa houdt van hen. Daarom sta ik hen iedere dag een half uur nadat de bel is gegaan nog als een epileptische aap uit te wuiven. Tot de schooldirectrice me vriendelijk vraagt zelf iets met mijn leven te gaan doen.
Maar tegenwoordig is het anders, tegenwoordig gooi ik mijn kinderen als een tweedehands bowlingbal uit onze bakfiets en race ik naar de krantenwinkel voor MIJN DAGELIJKSE FIX PANINI-STICKERS. En dan kan ik gaan scheuren en huiveren. Hoe? Weer geen Messi?!!! Godverdomme, hoeveel geld heb ik al niet in dit project gestoken en nog steeds geen Messi. Bestaat er wel een Messi-sticker?
Wacht, ik gooi nog een pak open: Michael Pazdan, Aleksei Miranchuk, Yasser Al Shahrani, Thomas Vermaelen en Koke. Die laatste heb ik al veertien keer ‘dubbel’, maar geen erg, vanavond ga ik naar Jerom Sturm (8) en Charles Van Opstal (8), kinderen van vrienden. Eigenlijk is het gewoon een bende gangsters die mij elke keer weer doet bloeden tijdens onze geïmproviseerde ruilbeurzen en met eisen komt als: 'Ja, maar Pedro, zo’n Samuel Umtiti, die is wel minstens drie Denen waard.' En 'Ja, als ge Julian Draxler echt wilt, gaat ge wel zes Iranezen mogen ophoesten.' 'Trouwens, we weten dat ge nog maar één Japanner (Shusaku Nishikawa) nodig hebt en daar gaat ge serieus voor dokken, we zien ook wel hoe gij geniet van een ‘volle ingeplakte ploeg’.'
Eindeloos plezier
En ze hebben gelijk, ik kick op alles wat Panini is, op het openscheuren van de pakjes en de geur die vrijkomt, op het eindeloos sorteren per ploeg, op het open krijgen van de sticker zelf, op het perfect (!) inkleven van de stickers (enkel spelers die ik niet kan uitstaan plak ik bewust scheef en Cristiano Ronaldo heb ik zelfs ondersteboven gekleefd in de hoop dat hij migraine krijgt).
Maar Panini is meer dan dat: de voorspellende kracht van de stickers is ongeëvenaard. Zo sprak ik aan het begin van de plakactie met mezelf af dat het team dat ik eerst volledig heb het WK wint. En dat was… Nigeria. En zo zal het zijn, Nigeria wint de finale. Let op mijn woorden, mijn laatste woorden: John Obi Mikel steelt de bal, pasje naar Oghenekaro, die meteen doorkopt naar Ndidi, Ndidi, Ndidi, nog eens Ndidi, jongens jongens, die Ndidi toch, pas naar Abdullahi en… binnen! Courtois geklopt, voor het eerst dit tornooi.
PING! Whatsapp-bericht van Jerom en Charles: 'Pedro, we hebben een Messi voor je. Prijskaartje: 12 Russen en 150 euro in briefjes van 10, omdat gij het zijt. Grtjs'