OpinieSamira Atillah
Ouders, voed jullie zonen fatsoenlijk op. Zodat vrouwen gewoon op café kunnen gaan zonder handen op hun lichaam te voelen
Samira Atillah is journalist bij deze krant.
Waarom doet niemand iets?, dacht ik terwijl ik me uit de voeten maakte. Minuten eerder stond ik nog in een overvolle metro. Mijn benen voelden loom. Het leek alsof ik in een waas leefde. Ik voelde de ogen van die man nog nabranden, op mijn lichaam.
Ik voelde zijn handen. Aan mijn achterwerk, op mijn borsten. Hij grinnikte. De man verplaatste zich door de drukke metro, maar niet zonder mij aan te raken. Het was geen ongeluk. Ik voelde zijn handen, dáár. Secondelang. De meneer met zijn zwarte jas had het gezien. Maar hij keek de andere kant op toen ik hem ontredderd aankeek. En ik verstijfd, in stilte schreeuwde: “Zeg iets! Doe iets!”
Niet alleen de man met zijn zwarte jas, iedereen keek de andere kant op. Alsof het normaal was dat ik werd aangeraakt op klaarlichte dag. Sinds die dag in augustus 2018 loop ik met mijn hoofd naar beneden, elke keer als ik op straat loop. Ik heb altijd oordopjes in en maak geen oogcontact meer. Nooit meer.
De gebeurtenis deed me ook denken aan die keer dat ik na lang aarzelen op sociale media vertelde over hoe vaak ik werd lastiggevallen op straat. Ik schreef over die keer dat een man zijn geslachtsdeel aan me toonde in een park. Die keer dat vier jongens mij in het nauw dreven. Die keer dat ik moest lopen als een gek om niet aangerand te worden. Over die keer dat iemand zijn handen onder mijn rok schoof. En er ook toen allemaal omstanders bij waren die niets deden. Op die verhalen kreeg ik achteraf wél massaal veel reactie. “Je bent een mooie vrouw, hé. Je moet dat zien als een compliment.” Of: “Je moet niet zo preuts zijn.” “Niet alle mannen zijn zo, hé.”
En: “Je moet er iets van durven te zeggen als dat gebeurt.” “Misschien moet je een cursus assertiviteitstraining volgen.” “Je moet je misschien anders kleden.” Je moet… Ik moet… Ik moet me dus aanpassen. Wij vrouwen moeten ons aanpassen. Ik geloofde mijn oren niet.
Wij vrouwen moeten blijkbaar van alles. Ik kijk dan ook niet op als ik al die recente getuigenissen lees over vrouwen die vertellen dat ze verkracht worden. In Brussel. In Gent. Dat er drugs in hun drankjes wordt gedaan, zodat ze zich zeker niet kunnen verzetten. Schrijnende verhalen.
Wijzen naar justitie
Zulk extreem geweld komt niet uit de lucht vallen. Het begint met het de facto normaliseren van aanrakingen in een metro. Met het wegkijken als er iets gebeurt in een park. Enzovoort. Seksueel geweld wordt al decennia genormaliseerd. Het is een beetje als het racismedebat. Er wordt wat mee gelachen, verhalen worden geminimaliseerd, tot er zware verhalen opduiken: dan is iedereen van streek en is het ineens alle hens aan dek.
En bovenal: dan wordt er met een beschuldigend vingertje naar justitie gewezen. Justitie heeft nochtans haar prioriteit gelegd bij slachtoffers van seksueel geweld, en op de strafuitvoering met betrekking tot daders. Er werden onder andere zorgcentra opgericht die goede resultaten halen als het gaat over de aangiftes van seksueel geweld. Ook de strafmaat voor daders is een prioriteit voor justitie, hoe moeilijk het ook is om bewijzen te vinden in het kader van seksueel geweld.
Seksueel geweld is niet alleen een zaak van justitie maar van ons allemaal. Laten we het daarom ook hebben over het gedrag van sommige mannen, hun geintjes, grapjes, en daden en woorden die gebanaliseerd worden tót er opnieuw iets verschrikkelijks gebeurt. Dan worden vrouwen opeens serieus genomen. Eventjes toch. Maar vervolgens lees je weer misogyne shit op (sociale) media. Natuurlijk is dat geen verkrachting, en toch staat dat discours niet los van het vrouwonvriendelijk klimaat op straat.
In plaats van enkel op de rechtbank te vertrouwen, die tussenbeide komt als het eigenlijk al te laat is, kunnen we misschien eens kijken naar onze eigen rol in de publieke ruimte. Als je getuige bent van geweld tegen vrouwen, in woord of daad, kom dan op voor je reisgenoot, je buurvrouw, je vriendin. Zeg niet dat we dat walgelijk gedrag ook eens van de andere kant moeten bekijken wanneer mannen ons lastigvallen.
Ouders, voed jullie zonen fatsoenlijk op. Leer ze wat grensoverschrijdend gedrag is. Leer jullie zonen dat ze respect moeten hebben voor vrouwen. Zodat ze geloofd worden – en de grapjes eindelijk eens plaatsmaken voor verontwaardiging. Zodat de vrouwen in je omgeving, die ook dochters, moeders en nichtjes zijn, eindelijk eens met opgeheven hoofd de straat op kunnen. Zodat ze niet getraumatiseerd zijn voor het leven. Zodat ze hun verhalen durven te vertellen en er geen jaren over doen. Zodat ze indien nodig aangifte durven te doen.
Zorg dat jullie zonen helden worden door op te staan wanneer anderen wegkijken. Zodat vrouwen gewoon in een metro kunnen staan en gewoon op café kunnen gaan zonder handen op hun lichaam te voelen, zonder aangerand te worden, verkracht, zodat ze gewoon zichzelf kunnen zijn in de openbare ruimte. Net zoals mannen.