OpinieJana Antonissen
Ook gevangenen hebben recht op een knuffelcontact
Jana Antonissen is journaliste. Tijdens de coronacrisis bracht ze meerdere dagen door in de gevangenis van Beveren.
“Na elkaar zes maanden niet te mogen aanraken, voelde die eerste keer opnieuw intiem zijn erg vreemd. Ik schaamde me voor mijn eigen vrouw. ‘Mag dit wel?’, ging er voortdurend door mijn hoofd.”
De jongeman die door een bewaker naar dit kale vergaderzaaltje gebracht is, is “behoorlijk pissed”. Zijn zelfgemaakte mondmasker verbergt het grootste deel van zijn grimas, maar zijn donkere ogen staan onmiskenbaar fel.
Hij is negen jaar getrouwd, zit al zes jaar in de gevangenis. Amper een maand geleden mocht zijn echtgenote voor het eerst sinds het begin van de coronacrisis weer op ‘ongestoord bezoek’ komen. Dat recht is al sinds 16 oktober weer ingetrokken. Gevangenen moeten als eerste de broeksriem aanhalen, maar mogen pas als laatste versoepelen.
Ouderen, chronisch zieken of horecapersoneel zijn kwetsbaar en verdienen extra steun, maar mensen die permanent in lockdown leven blijkbaar niet.
“Oneerlijk”, vindt deze gedetineerde. “In de buitenwereld zien mensen hun geliefde toch ook nog? Ik pas heus wel op: voor elk bezoek ondervroeg ik mijn vrouw over mogelijke symptomen. Wie gaat mij hier helpen als ik besmet ben, denk je?”
Daarbij draait ongestoord bezoek voor hem om veel meer dan enkel seks.
“Het is een van de enige momenten waarop we open onze emoties kunnen uiten, onze band écht kunnen versterken. In die twee uurtjes zonder toezicht vergeet ik even al mijn zorgen.”
Een van de weinige, misschien wel de enige gedetineerde voor wie het verbod weinig impact heeft op zijn dagelijkse bestaan, is een man die een levenslange straf uitzit. Hij leeft al vijf jaar zonder enig fysiek contact. Bezoek ontvangen is met zijn zwakke gezondheid te stresserend; de bezoekersruimte met alle andere gedetineerden en hun familieleden bezorgt hem paniekaanvallen.
“Af en toe mis ik een aanraking”, zegt hij daarover. “Maar die gevoelens druk ik zo snel mogelijk de kop in. Ik kan toch niets aan mijn situatie veranderen.”
Steriele omgeving
Sinds het begin van de coronacrisis bracht ik voor een door het Fonds Pascal Decroos ondersteund multimediaal project meerdere dagen in de gevangenis van Beveren door. Het is een van de nieuwste gevangenissen, opgenomen in het Masterplan 2008-2012-2016 “voor een infrastructuur in humane omstandigheden”, als antwoord op de overbevolking in onze gevangenissen. Gedetineerden hebben hier een douche op cel, en kunnen, bij wijze van spreken, van de vloer eten.
Maar die hypermoderniteit wordt ironisch genoeg onmenselijk wanneer je er jarenlang in moet verblijven, zo meent nog een andere gevangene. “Alles is hier zo steriel. Soms snak ik gewoon naar een scheef raamkozijn of een klemmende deur.”
Zette u ooit al eens voet in een gevangenis?
Ook als bezoeker beschik je over geen enkele keuze- of bewegingsvrijheid. Eenmaal je telefoon achtergelaten en volledig gescreend, openen deuren zich enkel wanneer het controlecentrum je opgemerkt en goedgekeurd heeft. Zelfs voor een wc-bezoekje moet je binnen-gebuzd worden. De vele ogen van het panopticum, zichtbaar en verborgen, volgen je overal.
Op het eind van zo’n dag in de gevangenis ben ik telkens totaal uitgeput, alsof ik gestaag maar zeker te weinig zuurstof heb gekregen.
Ziet u in deze binnenblijftijden soms de muren op u af komen?
De gevangenen ook. De tien vierkante meter waar zij het grootste deel van hun dagen slijten, voelen normaal al beklemmend aan, maar tijdens de eerste golf brachten ze maar liefst 22 uur per dag op cel door.
Sommige gedetineerden geloven, hopen dat de buitenwereld door de lockdowns meer begrip voor hen zal opbrengen. “Misschien is het voor jullie mentaal zelfs nog zwaarder. In de buitenwereld moet je discipline aan de dag leggen om de coronaregels te respecteren. Hier zijn alle deuren sowieso op slot.”
Andere gevangenen daarentegen maken zich weinig illusies, met groeiende verbazing volgen ze het nieuws. “Het is bitter hoe kinderachtig sommige mensen zich gedragen. Terwijl jullie in vergelijking met ons zelfs in lockdown nog steeds zoveel vrijer zijn: jullie kunnen naar de winkel, een wandeling maken, videobellen zoveel jullie willen.”
Omdat de ouderen tijdens de vorige lockdown net zoals hen geen bezoek mochten ontvangen, stelden de gevangenen een briefwisseling voor. Slechts één woon-zorgcentrum was bereid brieven uit Beveren te ontvangen.
“Hopelijk is de ziekte corona snel van de baan, zodat jullie weer met elkaar kunnen kaarten”, zo pende een gedetineerde neer. “Hou jullie sterk, en vele kusjes en knuffels van mij. Ik hou van jullie.”
Hij ontving, net zoals alle anderen, geen antwoord.