Woensdag 07/06/2023
null Beeld DM
Beeld DM

ColumnVincent Stuer

Niets verbittert politici zoals machteloosheid

Vincent Stuer is schrijver en werkt in het Europees Parlement. Hij schrijft in eigen naam. Zijn column verschijnt tweewekelijks, afwisselend met Mark Elchardus.

Vincent Stuer

Voor schrijver Hanif Kureishi was Enoch Powell de boeman zelve. Als zoon van een Pakistaanse vader in een buitenwijk van Londen aan het eind van de jaren 60, was ‘Enoch’ een naam die zijn nonkels nooit luidop uitspraken om de kinderen niet bang te maken, en die de skinheads uit de buurt hen om dezelfde reden naar het hoofd slingerden als ze hun huis passeerden: ‘Knock, knock, it’s Enoch!

Als persoon leek Powell (1912-’98) wel de laatste om zo’n reputatie te verdienen. Het gedreven parlementslid, een wat teruggetrokken intellectueel, zat altijd strak in het driedelige pak. Zijn passies waren klassieke taalkunde, Wagner en zijn geschiedenis van het Hogerhuis waaraan hij jarenlang werkte. Conservatief in elke zin van het woord. En toch zou uitgerekend hij het vuur aan de lont steken van het moderne Engelse racisme, door wat bekend ging staan als zijn rivers of blood-speech.

In 1968 sprak Enoch Powell over de vrees die in het industriële noorden van Engeland steeds meer leefde, dat immigratiedruk uit de voormalige koloniën het leven voor de werkende klasse steeds moeilijker zou maken. Op zich niets nieuws, maar wat voor ongeziene opschudding veroorzaakte was dat hij dat deed, als voornaam volksvertegenwoordiger, in de meest beeldende en bijtende woorden. “Binnen 15 of 20 jaar zal de zwarte in dit land de overhand hebben op de blanke”, voorspelde hij – in het Engels klinkt het nog bruter: ‘the whip hand’. Nu al leefden ouderen in de vrees op straat achtervolgd te worden door migrantenkinderen, ‘wide-grinning piccaninnies’. Powell zag “een natie druk bezig haar eigen brandstapel op te hopen” door een volksverhuizing “zonder parallel in duizend jaar geschiedenis”. Om zijn apocalyptische visie kracht bij te zetten eindigde hij – altijd de classicus – met een verwijzing naar Virgilius: ‘Like the Roman, I see the river Tober foaming with much blood.’ Weinigen zullen de klassieke onheilsprofetie naar waarde geschat hebben, maar dat een vooraanstaand politicus openlijk een rassenoorlog aankondigde, was niemand ontgaan.

Powell zelf heeft altijd ontkend ‘a racialist’ te zijn, zoals het toen nog heette, maar zijn denigrerende beeldspraak en zijn pleidooi voor remigratie trok vooral steun van zij die het wél waren. De dag na de toespraak legden duizend Londense dokwerkers het werk neer ter ondersteuning van Powell met als slogan: ‘Back Britain, not Black Britain’.

Politicus provocateur

Het was niet de eerste of enige keer dat Powell zichzelf politiek afzonderde. Zijn enige, kortstondige ministerschap eindigde toen hij ontslag nam uit principiële onvrede met de aanpak van de inflatie. Nadien ging hij zover dat hij openlijk de kant van Labour koos, tégen de Britse aansluiting bij Europa en dus tegen zijn eigen partij. Rond het vredesproces in Noord-Ierland liep het conflict zo hoog op dat hij zijn partij verliet en als Ulster Unionist ging zetelen. Een politieke vriend noemde hem ‘a natural resigner’. Een ander zag hem ‘zo opgedraaid worden door de onverbiddelijkheid van zijn eigen logica dat hij er gek van werd’.

Enoch Powell in 1969. Beeld KAPA
Enoch Powell in 1969.Beeld KAPA

Intellectueel was hij een voorloper van veel waar Margaret Thatcher voor zou staan, maar politiek bleef hij een eenzame ziener. En met plezier: waar Thatcher het veroveren van de macht als voorwaarde zag van haar ideologische agenda, zag Powell er alleen maar onzuiverheid in. Hij kon en wou geen machtspoliticus zijn. Voor de rol van provocateur had hij wel aanleg. Een caractériel.

Liever martelaar dan minister

Het is de politieke isolatie die Enoch Powell als conservatief naar het populisme dreef. Niets verbittert politici zoals machteloosheid. Als hij niet op zijn termen minister kon zijn, dan liever martelaar.

Zo zag hij zijn rol: “Een politicus kristalliseert wat de meeste mensen denken, zelfs als ze dat zelf niet weten. Politicians are word-givers.” Vele van de woorden die hij Engeland toebedacht, blijven vandaag echoën: soevereiniteit, traditie, natie. Maar ook: ras, strijd, verval, zelfs bloed. In zijn wrevel verschoof Powells conservatisme naar het tegenovergestelde: een verdelend en hoogst onvoorzichtig principe.

Het waren geen woorden waarmee je de toekomst tegemoet kon. De Engelse natie was niet in verval, maar aan het vervellen naar een zelfbeeld waarin wél plaats was voor mensen als Hanif Kureishi. “We were not nothing”, besefte die met ouder worden. “We hadden onze eigen geschiedenissen en, anders dan hij, we hadden een toekomst – zelfs al wisten wij niet hoe het verhaal zou eindigen.”

Ook de Vlaamse politiek is zotgedraaid door de logica van Enoch Powell. Ook wij beleven onze tijd met woorden, die ons gegeven worden door verongelijkte, miskende en ontketende conservatieven. We weten hoe dat verhaal eindigt.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234