EntreeJeroen Olyslaegers
Liedjes van Arno kunnen niet kapot. Hun verf blijft nat. De dood lachen ze uit
Jeroen Olyslaegers is columnist. Zijn column verschijnt twee keer per week, afwisselend met Jana Antonissen en Maud Vanhauwaert.
Tijdens een zonnige zaterdag bladert ge in een boek over James Ensor. Ge staart naar een foto van de kunstenaar in zijn atelier en rechts staat het werk dat hij ervan heeft gemaakt: nu heeft de schilder een lichtblauw pak aan en staart een grijnzende doodskop u treiterig aan. Zo genadeloos vandaag lijkt het, met de verf nog nat. Een uur later hoort ge van uw broeder en vinylverkoper dat Arno, die andere held uit Oostende, gestorven is, geboren in het sterfjaar van Ensor. Een dag later zit ge samen met uw vrouw in de wagen te luisteren naar radiozender StuBru die onophoudelijk zijn muziek speelt. Ge hoort ‘Lady Alcohol’, een genadeloze song over wat een mens uit zijn botten slaat met te veel drank in het lijf en ge wordt heel stil. Ge ziet Ensors maskers, de treiterige doodskop, Oostende. Een zekere Ronny komt op de radio. Hij is een fan en wil wat zeggen, maar het lukt niet. Uw vrouw en gij huilen met hem mee. Liedjes van Arno kunnen niet kapot. Hun verf blijft nat. De dood lachen ze uit.