ColumnMarnix Peeters
Laat me met rust, Zulma Van der Zuur van de Vereniging Tegen het Leven. Van mijn erf!
Op zijn berg in de Oostkantons schrijft Marnix Peeters over vrijheid, zijn vogels en zijn vrouw.
Ik had in ‘De 16 vragen van De Wachter’ in Het Laatste Nieuws gezegd dat ik elke dag alcohol drink, te beginnen bij een trappist ’s middags en wat wijn tijdens het koken en een paar Duvels na het donker, en dat dat mij ontzettend veel deugd doet. Helaas, vertelde ik erbij, krijg ik telkens na zo’n uitspraak een mail van Zulma Van der Zuur van de Vereniging Tegen het Leven (VTL) om mij te waarschuwen dat ik dat niet hardop mag zeggen want dat veel mensen problemen hebben met drank. Ik antwoord dan: ‘Ik niet, Zulma. Laat me met rust. Van mijn erf.’
Doordat het stuk op de site meer dan 200.000 keer was aangeklikt, begon het een onlineleven te leiden: talloze andere Zulma’s begonnen op Twitter van hun patrijzen te maken. Dat het een schande was dat er zo openlijk de lof van werd gezongen en dat het zielig is als iemand zijn geluk afhangt van alcohol.
Nu ja, dames, dacht ik, mijn geluk hangt inderdaad voor een stukje af van die heerlijke blonde Chimay die ik zopas heb gedronken, net zoals het ook voor een stukje afhangt van de drie uur durende boswandeling die ik ervoor heb gemaakt, van de basmatirijst met gebakken schapenvoetjes die ik gisteren heb bereid, van elke dag een uurtje schrijven, van mijn hond, van mijn Aupingbed van twee meter op twee, van een knappend haardvuur, van een prachtig boek, van een namiddag in de zon, van een forelfilet bij Marco van de Alte Mühle, van mijn vader te zien glimlachen, van eikels onder mijn schoenen te voelen kraken, van mijn vrouw, van iets in promotie te kunnen kopen wat ik heel graag heb, van een deurstijl die ik goed heb geglanslakt, van mijn boek in de Top 10 te zien staan, van de treinrit naar Luik, van een fles Grüner Veltliner, en van honderd andere dingen waar ik niemand schade mee berokken en waar je eigenlijk, heel eenvoudig en heel ouderwets, je klep over dient te houden.
Alcohol kan perfect deel uitmaken van een gezonde levensstijl, zei ik. Een auto is ook een voortreffelijke uitvinding, maar er zijn helaas mensen die er met honderdtwintig mee langs schoolpoorten razen. Heel streng tegen optreden, vind ik, en tegelijkertijd mij met rust laten. Wat is dat toch met dat gemoei, tegenwoordig? Je hébt niet te bepalen welke woorden andere mensen gebruiken, wat ze eten en drinken, met wie ze omgaan, hoe ze hun leven leiden. Wij zijn allemaal kleine dictatortjes geworden, met allemaal een eigen omroep en een viscerale haat voor alles wat niet in onze kraam past. Mensen die zich de hele dag verliezen in mensonterende ruzies op Twitter, die stijf staan van de stress, elke dag twee uur in de file staan, nooit een boom van dichtbij zien, van depressie naar burn-out sukkelen, zeggen tegen mij: ‘Schaam u, nog nat van uw boswandeling een verderfelijke tripel Westmalle op uw Facebook zetten.’