MegastadLos Angeles
In Los Angeles is fileleed doorstaan een uiting van liefde
Metropolen bieden een groeiend deel van de wereldbevolking onderdak. Hoe houden de mensen het daar leefbaar? Correspondenten doen wekelijks verslag vanuit hun eigen megastad. Deze week: Mari Meyer in de VS.
Het is een liefdesverklaring die in Los Angeles ook als wenskaart te koop is: I would take the 101 to the 405 for you, ‘ik zou voor jou snelweg 101 naar 405 nemen’. De 101 en de 405 zijn twee notoir verstopte snelwegen met een hoogst irritant knooppunt. De 405 is een van de drukste snelwegen in het hele land, de veertien rijbanen ten spijt, en desondanks helaas een van de meest voor de hand liggende manieren om jezelf van de ene naar de andere kant van Los Angeles te verplaatsen. Beloven dat je de files op de 405 zal trotseren, is dan ook een ware uiting van liefde, of die nu romantisch of vriendschappelijk van aard is.
Afgelopen weekend kwam een vriendin die in Culver City woont, aan de westkant van de stad, bij mij op bezoek in Glendale, in het noordoosten. Als je een rechte lijn tussen die twee punten trekt, zit er ‘slechts’ zeventien kilometer tussen. Maar als je dat traject moet rijden, ben je deels aangewezen op snelwegen en verdubbelen die afstand en de reistijd. De inwoners van Los Angeles hebben een ingebouwde klok die ons hyperbewust maakt van afstanden gemeten in autominuten. Je ontwikkelt die klok vanzelf als je voor iedere handeling buitenshuis, van werk tot boodschappen, achter het stuur moet kruipen. Het wordt in sociale situaties daarom als volslagen normaal gezien om bij te houden wie voor het laatst welke kant op ging, en dat niet alleen te erkennen maar er ook uitdrukkelijk voor te bedanken. Thanks for coming all this way, zeggen Angelenos die binnen de stadsgrenzen met elkaar hebben afgesproken dan zonder enige ironie.
Voor de vriendin uit Culver City regelde ik een uitgebreide lunch, om mijn dankbaarheid te uiten dat zij anderhalf uur van haar weekend in de auto doorbracht zodat ik dat niet hoefde te doen − ook al was ik de vorige keer naar haar toe gereden. Dit soort afstanden proberen uit te bannen door op een willekeurige plek halverwege af te spreken, is trouwens ook sociaal geaccepteerd. Zo zorgen de files voor een tweedeling tussen Oost en West. Die heeft niet alleen gevolgen voor relaties en vriendschappen: blijven hangen aan ‘jouw’ kant van de stad zorgt er ook voor dat je minder van het geheel meekrijgt. Vooral omdat Oost en West heel duidelijk een eigen sfeer en gezicht hebben.
West ligt aan de kust, met het zonnige imago dat daarbij hoort. Bekend van alle techbedrijven en start-ups, een focus op fysiek fit zijn, en dure restaurants plus bijbehorende clientèle. Oost is minder gelikt: hier wonen meer migranten, onder wie veel latino’s. In plaats van brede stranden heb je er de ongepolijste rivier. De sfeer en de stijl zijn er losser en creatiever en je bent er dicht bij de majestueuze bergen.
Ik woon inmiddels zes jaar aan de ‘Eastside’ en hoewel ik mezelf had voorgenomen om niet in de ‘West-L.A. is veel te ver’-val te trappen, kreunde ik laatst inwendig na een uitnodiging voor een filmvertoning aan de andere kant van de stad. Om zeven uur ’s avonds, op het hoogtepunt van de verkeersdrukte. Ging ik echt de file als excuus gebruiken om niet te gaan? Helaas wel. Mijn ingebouwde verkeersklok herinnerde me eraan dat ik de volgende ochtend vroeg op moest. Om het goed te maken staat binnenkort een strandwandeling in Malibu op de planning. Minstens een uur heen en een uur terug, via een andere gewraakte snelweg: de I-5. Met onderweg naar huis afhaalpizza, omdat ik mezelf na het trotseren daarvan een bedankje verschuldigd ben.