ColumnHilde Van Mieghem
Ik ging altijd shoppen op zondag, als de winkels gesloten waren
Hilde Van Mieghem neemt de tijd voor een gloedvolle kijk achter de schermen van haar leven.
Een mens heeft vele krachten: spierkracht, geesteskracht, vindingskracht, uithoudingsvermogen, relativeringsvermogen, draagkracht, veerkacht – wat ik gelukkig in hoge mate bezit – en discipline, hoewel dat eerder het gevolg is van het inzetten van voornoemde vermogens.
Het zijn krachten die ontwikkeld en aangewend kunnen worden, ze liggen er zomaar voor het grijpen. Hoewel, geef ik toe, dat grijpen meebepaald wordt door intelligentie, humor, creativiteit en andere talenten. Nog zo’n waanzinnige menselijke kracht: talent. Zodra men het zijne ontdekt, er respectvol mee omgaat, het niet negeert of verraadt – vaak uit angst, nog zo’n verwoestende force – heeft men de sleutel tot rijkdom in de hand. Rijkdom in de breedste zin van het woord.
Je talent benutten is een garantie tot geluk. Wie het volgt – er bestaat niemand zonder – het verzorgt als een kostbaar plantje, het voedt, ondersteunt, bij tijd en wijle snoeit, warm omwikkelt tegen vrieskou en afschermt tegen te veel zon, zal merken hoe het uitgroeit tot een stevige boom die op een dag vruchten draagt.
Talent is als een kind, je moet het liefhebben, aandachtig en onvoorwaardelijk. Dat vergooi je ook niet. Er zijn krachten van buitenaf waaraan een mens onderhevig is. De natuurkrachten en de zwaartekracht, om maar iets te noemen. En alle talent ten spijt kunnen die behoorlijk wat roet in het eten gooien, zelfs vernietigend zijn.
Koopkracht, die is er ook. Politici hebben het er voortdurend over: de mensen verliezen aan koopkracht! We moeten dringend iets ondernemen! Het klinkt alsof het van levensbelang is en men zonder koopkracht onherroepelijk ten onder gaat. Ik heb het nooit bezeten en leef nog altijd.
Het maakt niet zoveel indruk, ik heb nooit anders gekend dan dat het water me aan de lippen stond. Ik ging altijd shoppen op zondag, als de winkels gesloten waren, zelfs tijdens de koopjes oversteeg het vaak mijn budget, en kijken kost niets. Koopkracht is afhankelijk van het inkomen, de geheven belasting en de waardevermindering van geld. Het eerste was altijd al aan de magere kant, het tweede hakt er als single stevig in en sinds de kinderen het huis uit zijn helemaal, en het derde is door corona en oorlog alleen maar erger geworden. Het inflatiespook dreigt ons te verzwelgen.
Dat merk ik als ik boodschappen doe. Besparen dus. En toch, nu ik tientallen signeersessies heb in boekhandels die mijn debuutroman verkopen, ga ik er niet buiten zonder minstens één boek gekocht te hebben. Ik kan er niet aan weerstaan en vergoelijk het door mezelf erop te wijzen dat ik er langer mee toekom dan met wat ik voor hetzelfde bedrag in de supermarkt koop.
De rekening is snel gemaakt: brood en boeken. Daarop kan ik leven.