Zondag 28/05/2023

ColumnPieter-Paul Verhaeghe

Iedereen heeft het over migratie. Maar het onderliggende probleem is de structurele wooncrisis in ons land

Beeld ter illustratie. Beeld BELGA
Beeld ter illustratie.Beeld BELGA

Pieter-Paul Verhaeghe is professor sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel. Deze bijdrage werd ontleend aan het boek Migratie, Gelijkheid en Racisme: 44 opinies, samengesteld door Ilke Adam, Tunde Adefioye, Serena D’Agostino, Nick Schuermans en Florian Trauner, dat verschijnt in januari bij VUBPRESS.

Pieter-Paul Verhaeghe

Na een lezing over de kracht van praktijktesten als wapen tegen discriminatie, enkele jaren geleden, kwam een sociaal werker uit de vluchtelingensector naar me toe. Ze vertelde met de nodige verontwaardiging in haar stem dat dankzij die Gentse praktijktesten vluchtelingen vaker werden uitgenodigd om een woning te bezichtigen, maar dat ze deze woning uiteindelijk toch niet konden huren wegens een te laag inkomen. Het was tijdverlies voor haar, de vluchteling en de makelaar.

Ik moest vaak aan deze anekdote terugdenken bij alle debatten over discriminatie en praktijktesten die we de jongste weken en maanden hebben gevoerd. Voor wie zich aan de onderkant van de huurmarkt bevindt, is het probleem groter dan de muur van discriminatie waartegen men moet opboksen. Discriminatie en sociale uitsluiting gaan er hand in hand. Praktijktesten of andere instrumenten tegen discriminatie zijn meer dan nodig, maar zullen ook niet volstaan.

Recente praktijktesten

Ter illustratie: uit recente praktijktesten in Mechelen blijkt dat kandidaten met een Belgische naam en een sociale uitkering slechts in 26 procent van de gevallen worden uitgenodigd om een huurwoning te kunnen bezichtigen. Voor kandidaten met een Marokkaanse naam en een sociale uitkering zakt die uitnodigingskans naar slechts 17 procent, wat op etnische discriminatie wijst. De uitnodigingskansen voor een oorlogsvluchteling uit Syrië met een uitkering werden niet getest, maar deze zullen wellicht nog lager liggen. Het beeld is duidelijk: ze hebben allemaal zeer weinig kansen om een betaalbare woning op de private huurwoningmarkt te vinden. Wie arm is, valt uit de boot en je huidskleur kan de zaak alleen maar verergeren.

In Nederland vangen ze vluchtelingen op via een actief beleid van spreiding en sociale huisvesting. De overheid spreidt er de erkende vluchtelingen over alle gemeenten van het land, waardoor de inspanning van de opvang niet enkel bij de grote steden terechtkomt. De gemeenten hebben vervolgens de plicht om een gepaste woning voor vluchtelingen te zoeken. Ze maken hiervoor vooral gebruik van het aanbod van sociale huurwoningen.

Voorrang aan vluchtelingen

Is het voorrang geven aan vluchtelingen voor een sociale woning dan de oplossing? Ja en neen. Ja, hierdoor halen we ze uit de klauwen van huisjesmelkers en garanderen we het grondrecht op wonen. Neen, door erkende vluchtelingen meteen een woning toe te wijzen ondergraven we het sociale draagvlak voor migratie. Veel Vlamingen – met én zonder kleur – staan immers al jarenlang op een wachtlijst voor een sociale woning. Hen langer laten wachten op hun grondrecht op wonen zal de sociaal-culturele polarisatie in onze samenleving enkel maar doen toenemen.

Het onderliggende probleem is de structurele wooncrisis in ons land. Het aanbod van betaalbare woningen is simpelweg te beperkt, zeker in het goedkopere huursegment. Eigenaars zullen maar hun woning verhuren wanneer ze er een zeker marktconform rendement kunnen uithalen. Hierdoor zijn de huurprijzen op de private markt te hoog voor de lage inkomensgroepen. De overheid kan hieraan op twee manieren tegemoetkomen: ofwel door huurders met een beperkt budget rechtstreeks financieel te steunen met bijvoorbeeld huursubsidies, ofwel door het bouwen of renoveren van meer sociale woningen. Een beleid dat inzet op betaalbare en kwaliteitsvolle huisvesting is dan ook de sleutel tot het terugdringen van de armoede.

153.510 wachtenden

Wat sociale huisvesting betreft doet België het zeer slecht. Volgens de OESO waren in 2018 een luttele 4,2 procent van de woningen in België sociale huurwoningen. Ter vergelijking: in Nederland is dit percentage 37,7 procent, in het Verenigd Koninkrijk 17,4 procent en in Frankrijk 14 procent. Het resultaat is dat de wachtlijsten voor een sociale woning jaar na jaar groeien. In Vlaanderen alleen al stonden er in 2019 maar liefst 153.510 mensen op zo’n wachtlijst. Dat is een veelvoud van de 5.776 personen die in dat jaar in België als vluchteling zijn erkend. De vluchtelingen zullen dus niet en grand masse de sociale woningen van Belgen inpikken.

De oplossing is meer en versnelde investeringen in sociale huisvesting. Hiervoor kunnen bijvoorbeeld de middelen van de afbouw van de woonbonus – de zogenaamde hypothecaire belastingaftrek – worden gebruikt. Van een dergelijk woonbeleid worden zowel Steven, Mohammed als Alexandru beter.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234