OpinieHilde Sabbe
Hoe God verscheen in het Brussels Parlement
Hilde Sabbe is Brussels Parlementslid namens One.Brussels-Vooruit
“Ik kan niet geloven dat God dieren laat lijden.” Dat is wat mijn collega-parlementslid Fouad Ahidar zei in de commissie Milieu van het Brussels Parlement over de kwestie van het onverdoofd slachten. Een wat naïeve uitspraak misschien, maar toch vooral de wat vertwijfelde overweging van een gelovig man. Helaas. Hij had net zo goed een handgranaat kunnen droppen, want elke uiting van religieus gevoel is blijkbaar staatsgevaarlijk.
“Theocratie in het parlement”, kreet men verontrust. “Terug naar de middeleeuwen”, schreef Luckas Vander Taelen in deze krant. Van oprecht religieus gevoel naar theocratie: het is nogal een stap. Meer dan een paar trouwens, maar volgens de criticasters allemaal logische. Want wie religieus is, zo luidt hun redenering, duldt geen tegenspraak – eerste stap - en streeft naar de onderwerping aan die religie – tweede stap. En dus wordt voor je het weet in de les biologie het scheppingsverhaal weer opgedist – zo staat het er echt - en worden al onze kerken vernield en vervangen door moskeeën. (Dat staat er niet, maar ligt in de lijn van de verwachtingen.) En je zal zien dat het er mee eindigt dat we ook geen frieten meer mogen eten.
Als we Lieven Verstraete aanwrijven dat hij even de woorden van extreemrechts overneemt, kunnen we met gemak stellen dat Luckas Vander Taelen meer dan een vleugje van de Soumission-theorie van Houellebecq napraat. Het doet er niet toe dat Fouad een democraat in hart en nieren is voor wie de scheiding tussen kerk en staat welja, heilig, is. Het doet er niet toe dat hij geen spoor vertoont van bekrompenheid noch bekeringsdrift, maar opduikt op de Pride. Dat hij zijn dochters opgevoed heeft tot de meest kritische en mondige meisjes die ik al heb ontmoet. Nee, hij is religieus en dus zal hij pas gelukkig zijn als iedereen onder de knoet leeft van zijn geloof. Dat is wat sommige vrijzinnigen die fanatieker zijn dan religieuze extremisten ons willen laten geloven.
Religieus gevoel kan gedoogd worden, maar daar alleen in de beslotenheid van het eigen huis, en zeker niet in het parlement. Alleen: het ging daar al de hele tijd over God. Er waren rabbijnen uitgenodigd, en imams, er kwam een expert over godsdienstvrijheid spreken. Het woord God kwam niet uit de lucht vallen, het hing er al de hele tijd.
Mij verwijt de heer Vander Taelen, als ik het goed voorheb, in de eerste plaats electoraal opportunisme. Ik heb inderdaad gezegd dat ik het normaal vind dat bijvoorbeeld de PS rekening houdt met de moslimachterban. Als de CD&V de belangen van de boeren verdedigt omdat zij nu eenmaal een groot deel van hun kiezers vertegenwoordigen, vindt iedereen dat de normaalste zaak van de wereld. Als die kiezers moslims zijn, is dat plots een probleem. “Men verwijt politici soms dat ze geen rekening houden met hun achterban”, zei journalist Alain Gerlache in De afspraak op vrijdag, “maar als ze dat wel doen, is het ook niet goed.”
De waarheid is natuurlijk dat het in dit debat allang niet meer gaat over dierenwelzijn. Het is een regelrechte cultuuroorlog die over de ruggen van dieren wordt uitgevochten. Het gaat om het opeisen van morele superioriteit. In de mails die ik van voorstanders van het verbod op onverdoofd slachten krijg, komen heel vaak de woorden ‘barbaars’ en ‘achterlijk’ voor. De boodschap is duidelijk: de ene beschaving is superieur aan de andere. Het is geen toeval dat extreemrechts zeer luid van zich laat horen in dit debat.
Ik heb in het slachthuis van Anderlecht beide vormen gezien: verdoofd en onverdoofd slachten, en ik weet niet wat ik erger vond. Wie bij ‘verdoving’ denkt aan een simpel prikje dwaalt. Helaas is er in dit debat blijkbaar geen plaats voor nuance of wederzijds begrip. Wat doen we met de Vlaamse bioboer die in de krant verklaarde dat hij zijn dieren liefdevol verzorgt en ook liefdevol maar onverdoofd eigenhandig slacht? Wetenschappers die verklaren dat het encefalogram van verdoofde dieren ook tekenen van pijn en stress vertoont, worden weggezet als ‘niet relevant’.
De waarheid is dat pijnloos slachten een mythe is die we onszelf voorhouden: wie niet wil dat dieren lijden, moet geen vlees meer eten. Het wordt tijd dat we die mythe doorprikken.