OpinieIvan Krastev
Hoe de nieuwe pose van de populisten de jongere generaties wil verleiden
Ivan Krastev is voorzitter van het Centre for Liberal Strategies in Sofia, verbonden aan het Weense Institut für die Wissenschaften vom Menschen en auteur van Is It Tomorrow Yet? Paradoxes of the Pandemic
Onlangs raakte ik in gesprek met een libertaire journalist die Wenen bezocht. “Moeten we verbaasd zijn dat Oostenrijk besliste ongevaccineerden op te sluiten en dat de regering aanstuurt op verplichte vaccinatie?”, brulde hij tegen me. “Waren het niet de Oostenrijkers en de Duitsers die in de jaren dertig als eersten hun minderheden opsloten?”
Het is dit soort verbijsterende overdrijving dat vaccinsceptici en anti-lockdowners op rechts vandaag zo typeert. In de Europese politiek is het spookbeeld van het fascisme nooit ver weg en scheldt men zijn vijanden gemakkelijk uit voor erfgenamen van Hitler. Tot voor kort werden de extreemrechtse partijen, soms met wortels in het naziverleden, van fascistische neigingen beschuldigd. Vandaag zijn die partijen de aanklagers en verwijten ze de traditionele politiek medisch fascisme.
Zal deze tactiek van extreemrechts werken? Misschien. Volgens een recent onderzoek van de Europese Raad voor Buitenlandse Betrekkingen steunen de meeste West-Europeanen de maatregelen van hun regeringen tegen het coronavirus, maar hebben ze toch ook gemengde gevoelens. Bijna de helft van de Oostenrijkers en de Duitsers zou de covidpandemie als een verlies van vrijheid ervaren. De populisten willen daar maar al te graag munt uit slaan.
Voorlopig lukt dat niet. De populistische partijen hebben het in de recente verkiezingen in Duitsland, de Tsjechische Republiek en Bulgarije minder goed gedaan dan enkele jaren geleden. Maar de complottheorieën vinden meer en meer ingang en ik vrees dat de argumenten van de populisten meer wind in de zeilen zullen krijgen naarmate de pandemiebeperkingen aanhouden en de economische gevolgen sterker voelbaar worden.
Populistisch rechts is in de jongste maanden van identiteit veranderd. Vroeger beweerden deze partijen met hun standpunten over immigratie en culturele verandering voor ‘het volk’ te spreken, voor een zwijgende meerderheid. Dat werkt niet meer. De Oostenrijkse Vrijheidspartij, bijvoorbeeld, heeft voor een harde lijn tegen vaccinatie gekozen. Maar dat betekent dat ze niet langer kan beweren de kampioen van de meerderheid te zijn, want de meeste Oostenrijkers hebben voor vaccinatie gekozen. In West-Europa zijn de gevaccineerden in de meerderheid. En in landen waar de populisten aan de macht zijn, zoals in Hongarije en Polen, is hun vaccinatie- en lockdownbeleid vergelijkbaar met wat de traditionele partijen elders doen.
De populistische partijen beweren nu te spreken in naam van een vervolgde minderheid van non-conformisten. Ze werpen zich op als de kampioenen van de vrijheid en de individuele rechten. Dat is precies de positie van Amerikaans rechts. Het coronavirus heeft dus bijgedragen aan de internationalisering van het rechtse populisme.
De pose van de populisten als kampioenen van de vrijheid, heroïsche helden van het verzet tegen een interventionistische staat zal weinig succes hebben bij een vergrijzende Europese bevolking die bang is voor het virus. Maar ze heeft meer kans om in te slaan bij de jongere generaties, die vaker dan hun ouders geneigd zijn om hun verlies van vrijheid aan het overheidsbeleid te wijten dan aan een dodelijk virus.
Veel jonge mensen voelen zich de onzichtbare slachtoffers van de risicovrees van hun regeringen. Het zegt veel dat in de antivaccinatiedemonstraties in Wenen, die door de Vrijheidspartij werden gesteund, anarchisten en andere linksen – historisch veeleer jongeren – zij aan zij opstapten met mensen die gisteren nog hun aartsvijanden waren.
Wat betekent dit voor de traditionele politiek? De meeste mensen zijn tot nu toe tevreden over het beleid van de centrumpartijen, dat op voorzichtigheid en bescherming mikt. Maar als de Europese regeringen vasthouden aan lockdowns en verplichte vaccinatie, dreigen ze de veranderende publieke opinie verkeerd in te schatten. De rol van de staat lijkt groter dan ooit, maar het vertrouwen raakt zoek.
De traditionele Europese partijen maken hun legitimiteit afhankelijk van hun vermogen om de pandemie terug te slaan. Dat is een gevaarlijke gok. Vaccineren is verstandig, maar garandeert niet dat mensen niet zullen worden besmet of zullen doodgaan. Dit is de paradox: hoe groter het percentage gevaccineerden in een samenleving, hoe kleiner de bereidheid om lockdowns en andere beperkende maatregelen te aanvaarden. De mensen zijn het bang-zijn moe. Ze willen dat de scholen opengaan en het leven weer min of meer normaal wordt.
Omikron heeft duidelijk gemaakt dat de pandemie niet voorbij is. Maar veel mensen leven al alsof de wereld van na de pandemie begonnen is. Om het populisme te verslaan, moeten de regeringen hen redelijke vooruitzichten aanbieden. We kunnen de pandemie niet verslaan en zullen moeten leren ermee te leven.
© 2021 The New York Times Company