ColumnDe gebeten hond
Het onuitlegbare proberen uit te leggen maakt de zaak alleen maar erger
Mark Coenen gaat op wandel met de week.
De goorste leugenaar, een mateloze matennaaier zonder scrupules won de laatste editie van De mol en iedereen was laaiend: zo liegen is een kunst.
Liegen mag, nee móét, want anders heb je geen programma.
Wantrouwen in de mens is het uitgangspunt van het succesrijke format, dat op een blauwe maandag moet uitgedacht zijn door de misantropische nazaten van Arthur Schopenhauer.
Het zal wel een teken van de tijd zijn dat de winnaar voor het eerst ook kritiek kreeg: “de achterbaksheid, de leugen, het bedrog, het leedvermaak en de geniepigheid” die men tentoonspreidde in de interviews achteraf stoorde bijvoorbeeld Tom Heremans van De Standaard zeer.
Hoe ontgoocheld kan men in de medemens of een tv-show zijn: heel ontgoocheld.
De mol beloont niet het goede maar het slechte in de mens: niet de slimste, maar de onbetrouwbaarste mens ter wereld wint.
Het is niet heel stichtend, maar het werkt wel fantastisch en uiteindelijk weet iedereen dat het een spelletje is en dat mensen spelletjes graag winnen, koste wat kost.
Zelfs bij een eenvoudig boomke wies liegt men staalhard en zonder scrupules dat de stukken ervan afvliegen en dan zwijg ik nog over een rondje Chapeau op een zomerterras na zes gin-tonics.
Bloeddorst vermengd met geniepigheid die leidt tot schuimbekken en slaande ruzies die al menige familie uit elkaar hebben gerukt.
We zijn allemaal geboren leugenaars, als het op winnen aankomt.
Misschien is het de torenhoge doortraptheid van De mol die ons ongemakkelijk maakt.
De perfecte moord bestaat niet, de perfecte leugen sinds afgelopen zondag wel.
De onhandigste leugenaar van afgelopen week woont dan weer in Limburg, waar Veerle Heeren, burgemeester van Sint-Truiden, zichzelf op waarlijk meesterlijke wijze het politieke graf inpraatte.
Door de pikuur van het reddende vaccin werd ook haar beoordelingsvermogen lek geslagen.
Op zo’n moment het onuitlegbare proberen uit te leggen maakt de zaak alleen maar erger: to add insult to injury, heet dat in schoon Engels.
Het is de ziekte van de politiek: de eeuwige angst voor de nederlaag.
Niet toegeven dat je een fout hebt gemaakt maakt van die neurose deel uit, terwijl dat juist bevrijdend kan zijn. Door op de vlucht te slaan – en daarna onhandig en wild om zich heen – bewijst Heeren dat ze de consequenties van haar misstap niet snapt, of dat ze het a priori geen misstap vond.
Beide zijn erg, het tweede is erger.
Zo’n houding is op termijn de dood van de democratie: zij die door ons gekozen zijn om ons te vertegenwoordigen zingen zich los van de werkelijkheid en beseffen niet wanneer ze in de fout gaan.
Niemand rijdt een foutloos parcours: dat kan en mag ook niet van een politica verwacht worden. Dat ze haar fout toegeeft en de juiste conclusies trekt wel.
Politiek is geen tv-format.