Woensdag 07/06/2023

ColumnJulie Cafmeyer

‘Het flitste even door mijn hoofd, een leven in Marseille met een taxichauffeur en een kind’

null Beeld Damon De Backer
Beeld Damon De Backer

Journalist Jana Antonissen en theatermaker Julie Cafmeyer vertellen beurtelings over het leven.

Julie Cafmeyer

Het meest romantische moment tijdens mijn reis in Parijs beleefde ik in de Uber-taxi. Op basis van mijn locatie koppelde het systeem me aan de chauffeur. Dat is de romantiek, in een miljoenenstad worden twee mensen met elkaar verbonden die op een bepaald tijdstip dicht genoeg bij elkaar zijn. Via een kaart op mijn smartphone kon ik de auto volgen die mijn ­richting uit kwam. Daar begon het, de spanning. Het genot om in een willekeurige auto geplaatst te worden.

De chauffeur was een man van rond de 35, mijn leeftijd. Tijdens ons gesprek lachte hij een paar keer uitbundig, een belangrijke kwaliteit. Door een schaterlach hoor je wie iemand werkelijk is. Hij droeg een pet en had een tattoo van een roos in zijn nek. Hij vond me niet meteen, belde me op. Hij zei dat ik me moest omdraaien. Ik bleef maar rondjes draaien, zag hem niet. Dat was de eerste keer dat hij uitbundig lachte. We hadden het over de hitte, over de hoge huurprijzen in Parijs, over Emmanuel Macron, over de rattenplaag. Hij zei dat hij verhuisd was naar de banlieue, maar van plan was om naar Marseille te gaan. Hij wilde een leven aan de zee met een vrouw en een kind. “Heb je al een vrouw?” vroeg ik hem.

“Nee, ik ben op zoek naar een vrouw die me een kind wil geven.”

“En zijn die makkelijk te vinden?” vroeg ik ­geïnteresseerd.

“Nee, niet zo. Mijn vorige vriendin wilde bijvoorbeeld absoluut geen kind.”

We hadden een kort oogcontact in de achteruitkijkspiegel. “Is het niet moeilijk om een vrouw te vinden als je meteen zegt dat je een kind wilt?”

“Ja, dat is zeker ingewikkeld. Maar zo is het: ik wil een kind.” Het flitste even door mijn hoofd, een leven in Marseille met een taxichauffeur en een kind.

Toen ik uitstapte, riep hij me achterna. Over de hele straat hoorde ik mijn naam. Ik draaide me om, bekeek hem. Hij was groot, een lichaam dat me geborgenheid kon geven. Hij zwaaide met mijn smartphone in de lucht. “Deze ben je vergeten!”, zei hij.

“Dat is omdat het hier zo gezellig was!” riep ik.

Dat was de tweede keer dat hij uitbundig lachte.

Na de rit wilde ik hem een sms’je sturen om hem te bedanken voor de veilige en aangename rit. Gelukkig had ik zijn telefoonnummer, hij had me gebeld toen hij me niet vond. Al snel kwam ik erachter dat de privacy van de chauffeurs wordt beschermd. Het nummer was niet van hem, maar van Uber. Na een koortsachtige zoek­actie op Google met vragen als: ‘Hoe bereik ik mijn Uber-chauffeur?’, ‘Kan ik mijn Uber-chauffeur nog een sms’je sturen?’ en ‘Waar is de chatbox om mijn Uber-chauffeur te bedanken?’ kwam ik erachter dat ik hem waarschijnlijk nooit meer terug zou vinden. De enige manier was doen alsof ik iets was kwijtgespeeld in zijn auto. Wie een verloren voorwerp wilde aangeven, kon de chauffeur opbellen. Ik heb het overwogen. Iets in mij wilde al een tijdje alles achterlaten. Mijn smartphone, mijn appartement. En toch deed ik het niet. Het enige souvenir dat ik heb, is het traject van onze rit. Op nostalgische momenten staar ik naar de kaart. Hoe wij via Avenue de la République via de N356 en de N227 naar onze bestemming reden.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234