OpinieHenri Heimans
Hebben nabestaanden van Jozef Chovanec dan geen recht op sereen onderzoek?
Henri Heimans is magistraat met rust. Hij kreeg de Prijs voor Mensenrechten in 2015.
Het nieuwe expertiseverslag in de zaak-Chovanec waarover eerst RTL Info en vervolgens alle nationale media berichtten, is een zoveelste poging om het gerechtelijk onderzoek naar de doodsoorzaak van Jozef Chovanec in een politiecel in Charleroi te beïnvloeden en de publieke opinie te manipuleren. Niet gehinderd door enige kennis van zaken wordt in ronkende titels gesteld dat de Slovaak zijn overlijden aan zichzelf te danken heeft, doordat hij met zijn hoofd tegen de celdeur bonkte.
Het lekken van dit eenzijdige verslag en vervolgens publiek maken is volstrekt onverantwoord en lichtzinnig. Hoe moet met name de familie van de heer Chovanec zich nu voelen? Zijn ouders, zijn weduwe, zijn kinderen, zijn vrienden en met hem heel de Slovaakse gemeenschap in eigen land?
Zo wordt de lijst van schandalige disfuncties bij politie en gerecht die inmiddels aan het licht zijn gekomen in deze zaak almaar langer.
3,5 jaar later
We staan nu 3,5 jaar later na de dramatische gebeurtenissen in het cellencomplex van de luchthaven van Charleroi en zijn nog mijlenver van het bepalen van de misschien of waarschijnlijk veelvoudige oorzaken die tot de dood van de Slovaakse burger hebben geleid.
Ondertussen heeft de Hoge Raad voor de Justitie vorig jaar op 28 oktober 2020 een omstandig en genuanceerd verslag opgemaakt over de disfuncties bij het Henegouwse gerecht. In de besluiten van dit verslag deed de Hoge Raad voor de Justitie (HRJ) onder meer letterlijk deze oproep: “De HRJ herhaalt met aandrang dat een onderzoek geheim moet blijven en dat het vermoeden van onschuld en de rechten van verdediging grondbeginselen zijn van ons rechtssysteem en van elke democratische staat. De HRJ roept de gerechtelijke overheden en de verschillende partijen op sereen samen te werken na de ruchtbaarheid die aan de zaak werd gegeven. Recht doen geschieden kan niet op afroep.”
De dramatische videobeelden uit de politiecel waar de heer Chovanec te zien is als ontredderde persoon, in de loop van de nacht soms aan het ijsberen, nu eens zichzelf aan het kalmeren, dan weer plots radeloos, en vervolgens de gewelddadige interventie van talrijke agenten van de luchthavenpolitie in een lacherige sfeer – om niet te spreken van de schokkende Hitlergroet – en de wijze waarop de dokter en de verpleegster van de MUG, in dezelfde lacherige sfeer, een ‘paardenmiddel’ inspoten om de heer Chovanec tot rust te brengen, blijven op ieders netvlies gebrand.
En nu wordt een bericht via de media gelanceerd alsof de heer Chovanec schuldig is aan zijn eigen dood… Hebben de nabestaanden dan geen recht meer op een vermoeden van onschuld van hun dierbaar familielid en op een serene afhandeling van het onderzoek?
Ook de Kamer van Inbeschuldigingstelling van het hof van beroep van Bergen had destijds het gerechtelijk onderzoek doorgelicht en aanvullend onderzoek bevolen.
Juiste doodsoorzaak
Het eenzijdig bericht dat vorig weekend in de media werd verspreid, doet geloven dat nu definitief is komen vast te staan welke de oorzaak is van de dood van Jozef Chovanec.
Om de juiste doodsoorzaak te achterhalen werd een reconstructie van de handelingen van agenten en spoeddiensten voorzien (gepland voor volgende week) en werd een nieuw college van onafhankelijke experts aangesteld. Zoals gebruikelijk hadden de deskundigen eerst een voorverslag moeten opmaken met de verwerking van de eerder uitgevoerde autopsie en het toxicologisch onderzoek. Dit voorverslag diende dan eerst te worden voorgelegd aan de wetenschappelijke experts van de familie van de overleden persoon, zodat de vereiste tegenspraak kon gewaarborgd worden. Pas dan kon het eindverslag neergelegd worden.
Tot op heden is dit niet gebeurd en het kwam nochtans de onderzoeksrechter toe om hierover te waken.
De verbolgen burgerlijke partij heeft zich namelijk op geen enkele wijze en op geen enkel tijdstip akkoord verklaard met de voor hen onbekende eindconclusie van de gerechtsexperts. Als er al ergens een voorverslag circuleert, is er hier duidelijk sprake van schending van het geheim van het onderzoek.
Het is daarbij onbegrijpelijk dat het Henegouwse parket zich niet distantieert van het verspreide kwakkelbericht en men kan zich luidop de vraag stellen of justitie in deze zaak, na al die jaren, nog wel geïnteresseerd is in de waarheid?
Aan de familie van het slachtoffer en – ruimer – ook aan de Slovaakse publieke opinie is dit niet meer uit te leggen.