De gedachteBart Eeckhout
Eens te meer blijkt dat de oorlog vele zekerheden op zijn kop zet. Zelfs die van vrijhandel onder westerse bondgenoten
Bart Eeckhout is hoofdcommentator.
Naar verluidt zou de Franse president Emmanuel Macron Amerikaanse ‘Blue Oregon’-kaas en Amerikaanse schuimwijn voorgeschoteld krijgen op het staatsbanket bij zijn bezoek aan president Joe Biden in het Witte Huis. Het kost weinig verbeeldingskracht om in die keuze voor een diner met het staatshoofd van het land van champagne en roquefort een goedmoedige steek onder water te lezen. Protectionisme, de beleidsvoorkeur voor producten uit eigen land, is juist het lastigste gespreksonderwerp op de Amerikaans-Franse top.
Dat is een belangrijk gesprek, en het zal lang niet altijd goedmoedig verlopen. Want terwijl de vreselijke strijd in Oekraïne zijn cynische, winterse periode ingaat van veel bloedvergieten en weinig vooruitgang, blijkt eens te meer dat de oorlog vele zekerheden op zijn kop zet. Zelfs die van vrijhandel onder westerse bondgenoten.
De Europese Unie heeft zeer goede redenen om met scepsis te kijken naar het economische beleid van president Joe Biden. Met reusachtige subsidieprogramma’s probeert de regering-Biden de overgang naar een groenere, duurzamere economie te combineren met de strijd tegen recessie en inflatie. Mooi, zou je denken, maar de miljarden ‘Buy American’-staatssteun dreigt investeringen weg te trekken uit andere landen, met name in de EU, of Amerikaanse concurrenten een gesubsidieerde, voordelige startpositie te geven op de wereldmarkt.
Voor de Europeanen is dat een ontnuchterend besef. Amper is de onberekenbare, populistische president Donald Trump (even) van het toneel verdwenen, tot opluchting van menig Europeanen, of daar blijkt zijn opvolger Joe Biden een gelijkaardig protectionistisch beleid te voeren. Dat komt voor Europa erg ongelegen, nu de prijsschok van de energiecrisis zich vooral hier laat voelen. De verdenking dat de VS de oorlogssituatie zelfs misbruiken om Europees industrieel marktaandeel in te pikken is niet helemaal ongegrond.
Actie leidt tot reactie. Ook in Europa is het taboe op staatssteun aan het sneuvelen. Zelfs de Duitse regering, klassiek verdediger van een open economisch beleid, betuigt steun aan de ideeën om een ‘Koop Europees’-tegenprogramma te lanceren. Veel keus is er ook niet, wil de onder inflatie en energieschaarste zuchtende Europese industrie overleven.
Het is wel een uiterst jammerlijke ontwikkeling. Overheidsmiljarden die in een subsidierace naar de bodem moeten gestort worden, kunnen niet aan een ander en nobeler maatschappelijk doel besteed worden. En er is ook het bredere, internationale plaatje. Bij de zoektocht naar extra gas bleek al dat armere landen de dupe zijn van het opbod in het westen.
Hetzelfde zou kunnen gebeuren als na de VS ook de EU de eigen markt gaat afschermen voor import. De economische prijs wordt dan betaald door landen die uit de subsidierace worden geduwd. Met ernstige gevolgen op stabiliteit en welvaart in de hele wereld.
Dus ja, misschien moeten de presidenten Biden en Macron bij de kaas toch eens diep in elkaars ogen kijken en zich afvragen of dit de weg is die de wereld nu moet opgaan.