OpinieLezersbrieven
Een samenleving met gelijke kansen houdt rekening met de mogelijkheden en de rijkdom van elk individu
Kinderen van de migratie
Als Belg zonder migratieachtergrond herken ik ook veel in de documentaire Kinderen van de migratie. Ik groeide eveneens op in een tuinwijk. Als kind was dat heerlijk, zo’n beschermende omgeving. Al was er ook het wij-zijgevoel. Van pleintje tegen pleintje bijvoorbeeld. Of katholieken tegenover socialisten. Ik spreek van 50 tot 60 jaar geleden. Bij het ouder worden was er dan weer de druk van die gemeenschap waaraan je je moest onttrekken. Ook bij gezinnen zonder migratieachtergrond moesten vooral de jongens verder studeren. En was het voor een arbeiderskind al veel moeilijker om hogerop te geraken. Dat was de tijdsgeest. En is in veel gevallen nog altijd zo.
Op school wordt de taal van de middenklasse gehanteerd, de elaborated code. In groepen met een lagere scholing de restricted code. Vergeten we niet dat het om een arbeidsmigratie ging. Met laag- of ongeschoolde ouders. Natuurlijk zijn een andere thuistaal en cultuur een enorme beperking. En schrijnend is bijvoorbeeld het verhaal van het kleine meisje dat haar schoentje zet voor Sinterklaas en er de volgende morgen niets in terugvindt. ‘Ben jij misschien stout geweest?’
Gelijke kansen in het onderwijs en in de samenleving hebben niet alleen te maken met migratieachtergrond, maar ook met klassenverschillen, aandacht voor leerbeperkingen, enzovoort. Als leerkracht Nederlands detecteerde ik in de jaren tachtig en negentig voor het eerst bij leerlingen tussen 16 en 18 jaar dyslexie en zorgde samen met de school voor een inclusief beleid. Die leerlingen belandden ook totaal onterecht in het bso.
Een samenleving met gelijke kansen houdt rekening met de mogelijkheden en de rijkdom van elk individu. En een migratieachtergrond, hoe moeilijk dit voor de betrokkenen ook is, biedt voor de samenleving een ongelooflijke culturele verrijking. Door het contact met deze nieuwkomers ben ik de Turkse en Arabische taal en cultuur grondig gaan bestuderen. Wat heel veel heeft bijgedragen tot mijn levensgeluk. En ik ben blij dat ik door mijn lessen alfabetisering, vertaling van Turkse en Perzische poëzie, medewerking aan de krant Binfikir, Poëzie verbindt en ons meertalig verteltheater Tiyatro della Luna iets kan teruggeven van de schoonheid die de migratie mij heeft geschonken.
Johan De Vos
Intensievezorgbedden
Na anderhalf jaar corona zijn er nog steeds maar 2.000 intensievezorgbedden in België. Natuurlijk is er dan ergernis bij dokters dat die alweer in groten getale naar covidpatiënten moeten gaan. Waarom heeft men er in tussentijd niet alles aan gedaan om de capaciteit gevoelig op te drijven? ‘Het is een kwestie van personeel, meneer. Dat is er niet voldoende’, wordt dan geantwoord. In tijden van crisis is dit een zwak, ontoereikend en weinig ambitieus antwoord. Tijdens de Eerste en de Tweede Wereldoorlog werden kastelen omgebouwd tot hospitalen en werd gerekruteerd uit alle lagen van de bevolking om gewonde soldaten te verzorgen.
Improviseer, leid mensen op, doe iets.
Francis Wildemeersch, Gent
Eindeloopbaan
Dit jaar ben ik 60 geworden. Ik werkte 35 jaar werkte als therapeut in de revalidatie. Een paar jaar had ik ook een coördinerende functie met het oog op het optimaliseren van de multidisciplinaire samenwerking binnen het ziekenhuis. Dat deed ik met hart en ziel.
Jammer genoeg moest ik deze job stopzetten. Ik was totaal opgebrand. Terugkeren naar het werk werd mij onmogelijk gemaakt. Ik volgde loopbaanbegeleiding bij de VDAB. Hieruit bleek dat onderwijs ook wel mijn ding was. Ik had ook al lesgegeven.
Zo behaalde ik mijn diploma als leerkracht secundair op mijn 55. Momenteel ben ik ondersteuner voor leerlingen die doof/slechthorend zijn of taalontwikkelingsproblemen hebben (dysfasie). Ik kwam in een heel tof en warm team terecht. Hoewel ik financieel moet inboeten – ik kreeg amper enkele jaren anciënniteit – en veel extra uren werk, doe ik de job heel graag. Mijn jarenlange ervaring kan ik meenemen in mijn job van vandaag. Jammer genoeg wordt dat financieel niet gewaardeerd door het ministerie van Onderwijs.
Nu ben ik 60 en wil ik even reflecteren over wat geweest is en wat nog komt. Zelf heb ik heel wat interesses (reizen, cultuur, natuur, sport) en een familie waarvoor ik ook de tijd wil nemen. (Vooral ouders en kleinkinderen.) Ik werkte hoofdzakelijk fulltime en heb daarvoor levenslang geleerd. Nu ga ik voor halftijds met loopbaanonderbreking en hoop ik tot mijn pensioen (voorlopig 2024) op die manier mijn loopbaan te kunnen afwerken.
Ann Meersseman (60), Koekelare