ColumnMark Coenen
Doodzieke kalkoenen hebben gezwellen ter grootte van een pingpongbal, maar geen haan die daarnaar kraait
Mark Coenen gaat op wandel met de week.
Kleine wasjes, grote wasjes: wat het ook was, een propere week was het wel. Al bleek aan al die propere handen nog smeerolie en bloed te plakken, maar een kniesoor die daarom maalt.
Van sport en groen tot die arme kalkoen: hoe graag laten we ons toch in de luren leggen. Witwassen voor gevorderden. Leest u even mee?
Ons moralistisch misbaar over het WK in Qatar is na het qatarstrofale afdruipen van Onze Jongens helemaal weg: nu is het aan ons, nu is het − eindelijk − tijd voor de sport.
Volgens Arsène Wenger, ooit toptrainer, was al die heisa om wat mensenrechten en die dode arbeiders ook een goede les: juist omdat de Duitse spelers uit protest een hand voor hun mond hielden bij de groepsfoto van de eerste match gingen ze er meteen uit. Dat zal die moffen leren!
Ze waren mentaal niet klaar, verklaarde hij ernstig. Iedereen schreef het klakkeloos op.
In de achtergrond kon men een plaatselijke sjeik zijn sjeikboek − noot aan de eindredactie: sorry, het was sterker dan mezelf − zien trekken. Bedrag zelf in te vullen.
Vervolgens! Hoe groen is mijn aandelenfonds? Ook dat viel lelijk tegen. Van witwassen naar groenwassen, het is een kleine stap. Bleek deze week dat bijna de helft van de zogenaamde groene fondsen nog volop investeert in fossiele brandstoffen en luchtvaart. Goed voor uw dividend, slecht voor het milieu, geweten gesust.
Gelukkig is er beterschap op komst en kan vanaf 2024 gecheckt worden of u op het vlak van milieuvervuiling een oor wordt aangenaaid of niet.
Vervolgens! Wie, goedgelovig zoals ik, denkt dat we de draai naar een vleesloze wereld langzamerhand aan het nemen zijn, wordt bij het lezen van de luxueus uitgevoerde eindejaarsfeestenbrochures van de grootwarenhuizen toch een beetje onpasselijk: het was allemaal voor de galerij.
Het wemelt immers nog altijd van de ontstoken ganzenlever en de levend gekookte kreeft, de wormstekige zalm en de plofkalkoen.
Deze week brachten de apostelen van Gaia voor de tigste keer een schandaal uit: daar heb je die zageventen weer, dacht iedereen, media incluis. In West- en Oost-Vlaanderen zijn er nog altijd overbevolkte stallen waarin doodzieke kalkoenen wachten op de feesttafel. Zij hebben gezwellen ter grootte van een pingpongbal en zakken door hun poten van overgewicht, maar geen haan die daarnaar kraait.
Dat er voor de kalkoenkweek geen sluitend wettelijk kader is in Vlaanderen, maar wel in Wallonië: het zal de ironie van het federalisme wel zijn. Wat we zelf doen, doen we niet beter: we doen het níét.