Zaterdag 01/04/2023

OpinieAnna Sauerbrey

Dit was het jaar dat alles veranderde in Duitsland

Olaf Scholz Beeld ANP / EPA
Olaf ScholzBeeld ANP / EPA

Anna Sauerbrey is journalist bij de Duitse krant Die Zeit.

Anna Sauerbrey

Het is winter, en Duitsland is er klaar voor. Na de vrees dat het land zijn toevlucht tot de rantsoenering van energie zou moeten nemen, is de regering erin geslaagd de reserves te vullen. Het vakantieseizoen, nu in volle gang, is als vanouds. Kantoren en appartementen zijn wat koeler, maar de kerstmarkten – die hun gebruikelijke geruststellende geur van kaneel en frituurvet verspreiden – en de straten in de stad zijn helder verlicht.

Dat was niet vanzelfsprekend. In de tien maanden sinds Vladimir Poetin zijn grootschalige invasie van Oekraïne lanceerde, heeft Duitsland alles op alles gezet om de 55 procent gas die het vroeger uit Rusland haalde, te vervangen. De inspanning, naast het opleggen van sancties aan Rusland, het leveren van wapens aan Oekraïne en het verhogen van de militaire uitgaven, was zo groot dat het een speciale benaming verdiende: een ‘Zeitenwende’, een keerpunt of historische wending, zoals bondskanselier Olaf Scholz het noemde. Zo’n actie is natuurlijk weinig waard als ze wordt afgezet tegen de heldhaftige volharding van de Oekraïners. Niettemin is het voor een land dat niet zonder Russisch gas leek te kunnen, een prestatie dat de kerstverlichting brandt.

En toch voelt het gevoel van normaliteit tijdelijk, zelfs nep. Want dit jaar is allesbehalve normaal geweest. In sociaal, economisch, politiek en zelfs moreel opzicht is Duitsland in twijfel getrokken en zijn fundamentele grondslagen onder de loep genomen. Wat deze tien maanden hebben laten zien is een land dat zichzelf herontdekt, zonder de oude zekerheden. De verandering kan niet worden gemeten in de tanks, houwitsers en luchtverdedigingssystemen die Duitsland aan Oekraïne heeft geleverd, maar in de diepte van de politieke psychologie. Tientallen jaren lang was Duitsland een meelevende toeschouwer bij Europese conflicten, maar het heeft deze oorlog als zijn eigen oorlog erkend.

De invasie kwam precies op het moment dat Duitsland op het punt stond te vergeten wat oorlog betekent. De generatie die de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt, nu meer dan 75 jaar geleden, is in de 90 jaar oud of overleden; degenen die in de schaduw ervan zijn geboren, de babyboomers, hebben een afnemende greep op het openbare leven. De tweede naoorlogse generatie, geboren in de jaren 60 en 70, nam de politieke teugels in handen na het einde van Angela Merkels ambtstermijn in de herfst van 2021, slechts enkele maanden voordat Rusland Oekraïne binnenviel. Olaf Scholz, een boomer geboren in 1958, zit een kabinet voor met voornamelijk jongere politici, velen in de 40 of vroege 50. De drie regeringspartijen – de sociaaldemocraten, de groenen en de liberalen – worden nu ook geleid door de tweede naoorlogse generatie.

Dat is belangrijk. Het is een generatie die zich de Koude Oorlog nauwelijks herinnert en die is opgegroeid nadat de ideologische strijd was beëindigd, zonder angst voor een nucleair conflict. Zij werd volwassen in de jaren 90, na de ineenstorting van de Sovjet-Unie, de hereniging van Duitsland en wat voor sommigen ‘het einde van de geschiedenis’ leek. Voor deze generatie – mijn generatie – was oorlog een verre en sombere onmogelijkheid, iets wat elders gebeurde, als het al gebeurde. We dachten dat ‘nooit meer’ – de naoorlogse slogan van het land, bedoeld om de oorlog uit de nationale psyche te bannen – de wereld nauwkeurig beschreef. We dachten dat we in vrede opgroeiden.

Postgewelddadige wereld

In werkelijkheid was er in de jaren 90 en 2000 veel geweld in Europa. De brute Balkanoorlogen begonnen in 1991, het conflict over de afscheiding van Transnistrië van Moldavië in 1992. De oorlog van Poetin in Tsjetsjenië, aangekondigd met de gruwelijke beschieting van Grozny in 1999, duurde een decennium. In 1998 brak oorlog uit in Kosovo; tien jaar later viel Rusland Georgië aan. De oorlog in Oekraïne begon natuurlijk in 2014, toen Poetin de Krim annexeerde en het separatistische conflict in de Donbas-regio aanwakkerde.

Maar ondanks de voortdurende deelname aan de NAVO-missie in Kosovo, schreef Duitsland een ‘andersheid’ en ‘elders-zijn’ toe aan deze oorlogen. De Balkan? Geografisch gezien in Europa, zeker, maar laat op het feest van welvaart en stabiliteit waar de Frans-Duitse kern van het continent van geniet. Poetins oorlogen in de Kaukasus en Oekraïne? Een post-Sovjet-puinhoop waar wij niets mee te maken hadden. Als wij Duitsers oorlog voerden – bijvoorbeeld in Afghanistan – was dat uit plichtsbesef of uit solidariteit met onze bondgenoten, niet omdat het ons aanging.

In de loop der jaren veranderde Duitslands geloof in een postgewelddadige wereld in arrogantie en kwetsbaarheid. Duitsland sprak over verzoening met Rusland, met gesloten ogen voor de agressie van het Kremlin én met het geld dat het bespaarde door zijn leger in te krimpen en goedkoop Russisch gas te gebruiken. Dat was onze gemoedstoestand toen we op 24 februari wakker werden en ontdekten dat het onvoorstelbare – Russische troepen die naar Kiev marcheerden terwijl er bommen vielen – echt gebeurde.

Het veranderde alles. In december vorig jaar, toen de troepen van Poetin al met duizenden tegelijk aan de grenzen van Oekraïne stonden, verdedigde Scholz nog steeds Nord Stream 2, een pijpleidingproject dat nog meer Russisch gas naar de Duitse kust zou hebben gebracht. Weken voor het begin van de oorlog beloofde Duitsland op beruchte wijze 5.000 helmen aan Oekraïne. Maar na de invasie maakte ontkenning plaats voor hectiek, toen Duitsland zich steeds feller tegen Rusland verzette en probeerde zijn burgers tegen de gevolgen te beschermen.

Inclusiever

Te midden van deze chaos werden lang gekoesterde politieke overtuigingen terloops overboord gegooid, niet het minst door politici van mijn generatie. Opgroeien in postideologische tijden kwam goed van pas. Het hoofd van de sociaaldemocraten, Lars Klingbeil, kondigde een nieuwe ‘Ostpolitik’ aan, waarmee hij de decennialange toenadering van zijn partij tot Rusland overboord zette. De minister van Economie en voormalig leider van de Groenen, Robert Habeck, stemde ermee in kerncentrales draaiende te houden en kolencentrales weer aan het net te krijgen. Hij hielp zelfs een deal te sluiten met Qatar voor vloeibaar gas. De liberalen van hun kant hebben hun quasireligieuze geloof in evenwichtige begrotingen losgelaten om militaire uitgaven te financieren en de stijgende energiekosten te verlichten.

De mentale politieke kaart is verschoven. Veelzeggend is dat Scholz de inspanningen leidde om Oekraïne, Georgië en Moldavië als kandidaten voor de Europese Unie te aanvaarden en nieuwe betrekkingen wil aanknopen met de Balkan – landen waarvan Duitsland decennialang de oorlogen had ‘genegeerd’. Ook de retoriek van Scholz is inclusiever geworden. Hij ging van “Poetin mag zijn oorlog niet winnen” in mei naar “wij zullen Oekraïne zolang mogelijk steunen” in juni.

En toen, in december, was er een “wij”. Een “wij” dat Oekraïne, Duitsland en Europa omvatte als tegenstanders van Rusland. Poetin had het mis, zei hij in zijn laatste toespraak tot het parlement dit jaar, “over de moed van de Oekraïners, over Europa, over ons”. Tien maanden na de inval van Rusland in Oekraïne is het ‘elders’ plots ‘hier’ geworden.

Of de mentale kaart van de Duitse burgers in dezelfde zin is verschoven, valt moeilijk te zeggen. Velen reageerden op de eerste schok met een enorme solidariteit. Duizenden hebben Oekraïense vluchtelingen opgenomen of hebben op een andere manier aan Oekraïne gegeven. In totaal steunt ongeveer de helft van alle Duitsers nog steeds de levering van wapens aan Oekraïne. Bovendien is de Duitse regering erin geslaagd de gevolgen van de inflatie en de stijgende energiekosten op te vangen. Ondanks de arrestatie van een groep extreemrechtse extremisten – eerder geradicaliseerd door de pandemie dan door de oorlog – die samenzwoeren om de regering omver te werpen, is de door sommigen gevreesde winter van ontevredenheid en massale onrust uitgebleven. Het land past zich over het algemeen aan de nieuwe realiteit aan.

De historicus Karl Schlögel zei ooit dat Duitsland de laatste decennia ‘überraschungsresistent’ was geworden, bestand tegen verrassingen. Nu niet meer. Nu staat de normaliteit van Duitsland, die zo lang werd aangenomen, op losse schroeven. En ja, dat is wel degelijk een ‘Zeitenwende’.

© The New York Times

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234