De gedachteBart Eeckhout
De ophef over de mop van Magnette is een fake rel. Met medewerking van journalisten
Bart Eeckhout is hoofdcommentator. Hij schrijft vandaag over de ophef na een als grap bedoelde opmerking van PS-voorzitter Paul Magnette over Vlamingen en Walen in ‘Dag Allemaal. En waarom we ons meer zorgen moeten maken over de ophef, dan over de mop zelf.
De reacties op een mop die PS-voorzitter Paul Magnette maakt in Dag Allemaal leggen een probleem van het hedendaagse politieke bedrijf bloot. Dat probleem zit niet bij de politici zelf, wel bij wie verslag over hen uitbrengt: wij, de media.
Ga je af op de stroom verontwaardiging, dan moet Paul Magnette een splinterbom van een interview gegeven hebben. In werkelijkheid gaat het juist om een bravig gesprek waarin de PS-leider zijn gekende socialistische standpunten mag verkondigen, waarna het gesprek meandert naar ’s mans passie voor zuurdesembrood en zijn sexappeal. En ja, Magnette vertelt ook een grap, over Vlamingen die hard werken om in hun vrije tijd te kunnen vissen en Walen die liever gewoon meteen gaan vissen. Over de kwaliteit kan je discussiëren, maar Magnette zegt wel helder dat het een grap is. Vanwaar dan al die verontwaardiging?
Het spijt me dat te zeggen, maar een grote verantwoordelijkheid ligt bij betrokken journalisten. Het interview is integraal overgenomen op hln.be, de grootste nieuwssite van het land, maar met de clou van de mop plots in de kop, zonder aanduiding dat het deel uitmaakt van een grap. Ivan De Vadder, gezaghebbend VRT-analist, licht op Twitter het fragment uit het gesprek, weliswaar met vermelding ‘mopje’. Het is duidelijk wat mijn collega’s willen bereiken: reactie, aandacht, verontwaardiging.
Het werkt nog ook. Politici van Open Vld, N-VA, maar ook cd&v of Groen buitelen over elkaar heen om Magnette in de verdomhoek te zetten. Mijn eerbiedwaardige collega’s van De Tijd en De Standaard wijden er een kritisch commentaarstuk aan. De ene krant noemt de mop ‘misplaatst’ en wijst nogmaals op de povere werkzaamheidsgraad in Franstalig België, de andere vindt ze juist ‘beredeneerd’ in een politiek spel waarin PS en N-VA zich tegen elkaar profileren.
Dit is een fake rel. Het is te makkelijk om als journalist eerst met uit de context geknipte of verdraaide citaten ophef aan te zwengelen om dan te besluiten dat er te veel ophef is onder politici om samen te werken en goed te besturen.
Dit gaat niet over voor of tegen Magnette. Zijn stelling dat Wallonië nog altijd lijdt onder de industriële neergang van zestig jaar geleden is voor zéér veel kritiek vatbaar. Het gaat om het principe. Zijn tegenstrever Bart De Wever (N-VA) overkwam onlangs hetzelfde toen hij grappend op de Antwerpse gemeenteraad verzuchtte om een journalist op te sluiten. Een harde (wat mij betreft geslaagde) mop, die eveneens door (sociale) media en politieke tegenstanders werd geframed als een trumpiaanse aansporing om de media te muilkorven.
We moeten ons zorgen maken over de bredere tendens van die ‘verontwaardigingsindustrie’. Toen het internet opkwam, probeerden sommige redacties dat te imiteren, door ‘snelnieuws’ te maken. Zo ontstond ‘clickbait’. Gelukkig ontworstelde de sector zich aan die trend. Nu is het opletten dat sommige klassieke media niet blindweg sociale media – én elkaar – gaan na-apen, met een datagedreven hang naar impact, engagement en verontwaardiging. Want in zo’n mediaklimaat verdwijnt de ware toedracht al eens uit beeld.