standpunt
De kans dat de onderzoekscommissie naar Kazachgate een verschil zal maken, is nihil
Jonas Muylaert is chef politiek bij De Morgen.
29 dagen. Zo lang mocht Francis Delpérée (cdH) geloven dat hij voorzitter kon worden van de onderzoekscommissie rond Kazakhgate, het politiek-economische schandaal rond omkoping waarin onder meer de omstreden Oezbeeks-Belgische oligarch Patokh Chodiev een rol speelde. Zo lang heeft het ook geduurd voor de Franstalige christendemocraten eindelijk bij zinnen kwamen en beslisten Delpérée te laten vallen. Na de zoveelste onthulling - Delpérée zou zelf verhoord zijn in het onderzoek rond Chodiev - begon het zelfs bij cdH-voorzitter Lutgen te dagen dat zijn protegé te besmet was om nog te dienen als voorzitter.
Die 29 dagen lijken een minuscuul detail binnen de muren van de Wetstraat, maar het waren 29 cruciale dagen waarin alle partijen zich konden ingraven voor een stellingenoorlog. Nu de loopgraven zijn gedolven en de pionnen gezet, kan het mimespel eindelijk beginnen. Want maak u niet te veel illusies: de kans dat deze onderzoekscommissie ook daadwerkelijk een verschil zal maken en onthullend zal zijn, is nihil. Daarvoor staat er, ironisch genoeg, te veel op het spel.
Het leken nochtans hoogdagen voor de democratie. De voorbije jaren werd een blik van bijzondere en parlementaire onderzoekscommissies opengetrokken. De ene naam al flitsender, exotischer en veelbelovender dan de ander - commissie Optima, Panama, Dieselgate, Kazakhgate. Wat al deze commissies met elkaar verbindt, is dat er tot nu toe niets nieuws is verteld, maar dat de installatie ervan wel steeds gepaard ging met een bittere strijd over wie wel dan niet mocht zetelen en in welke functie. De symbolische waarde overtrof ruimschoots de uitkomst. De enige commissie die - godzijdank - wél tot op het bot wil gaan, is die over de terroristische aanslagen. Al werd die dan weer voorafgegaan door een laag spelletje over welke experts wel of niet welkom waren.
Maar hadden we dan anders verwacht? Eigenlijk niet. De idee dat het politieke bestel op een serene en diepgaande manier een onderzoek naar zichzelf kan of wil voeren, is misschien wel nobel, maar vooral naïef. Het legt het geloof in onze politici te hoog, en dat is een droeve vaststelling. Zeker in een onderzoek naar fraude over de totstandkoming van de afkoopwet, is haast èlke partij betrokken. Na 29 dagen zijn de pionnen zo gezet, dat geen enkele partij het spel verliest.
Waarom is de teleurstelling dan zo groot? Omdat de hoop op verandering nog nooit zo groot was. Het politiek leiderschap - zowel bij meerderheid als oppositie - is dezer dagen in handen van prille veertigers. Stuk voor stuk relatief jonge politici die hun voorgangers het fout zagen doen en die verandering beloofden. Sommige partijen maakten van politieke hygiëne een strijdpunt, andere van de kracht van verandering. Dat ook zij vervallen in oude politieke cultuur is een bittere vaststelling.