Donderdag 01/06/2023
Hans Vandeweghe. Beeld DM
Hans Vandeweghe.Beeld DM

ColumnHans Vandeweghe

Dat wij de zwarte voetballers in de eerste plaats fysieke kwaliteiten toedichten, heeft te maken met een realiteit

Hans Vandeweghe is sportjournalist bij De Morgen.

Hans Vandeweghe

Vanavond is deel drie van FC United te zien op Canvas, net voor Extra Time. Een collega heeft de serie op VRT.nu al bekeken en zei: “Ik heb je gezien in FC United, je had het over de Afrikaanse tackle.”

Ik dacht: oei, als dat maar goed afloopt. Ik in FC United, dat was ik helemaal vergeten. Dat is dus de reden waarom enkele weken geleden een veelkleurig T-shirt van FC United in mijn brievenbus zat. Blijkbaar dateren die interviews van vorige zomer. Dat leid ik af uit mijn rode kop, die alleen maar het gevolg kon zijn van hitte. Of had ik net gesport? Eens te meer kwam ik tot de conclusie dat ik niet geschikt ben om aan televisie een gevoel over te houden dat ik alles heb kunnen zeggen. Dat is geen verwijt aan de programmamakers – FC United is goed gemaakt –, het ligt geheel en alleen aan mij.

Ik weet ook waarom ze bij mij moesten zijn. Een student die ook op racisme en de voetbalmedia werkte, vertelde mij onlangs dat een search op mijn naam in combinatie met racisme een hit opleverde van een rel in 2014. Ik had mij toen in deze krant badinerend en in columnistische stijl uitgelaten over de kansen van de Afrikaanse landen om de World Cup te winnen.

Het probleem met racisme in de sport en meer in het bijzonder het voetbal is dat het geen ironie en al helemaal geen nuance verdraagt, dat realiteit en wetenschap moeten wijken voor aannames en dogma’s. Anderzijds moeten we niet moeilijk doen: de media hebben in deze materie een historische schuld.

Ooit schreef een collega over Simon Tahamata ‘het kleine zwarte diertje’ nadat die met Standard Club Brugge (1-7) in de vernieling had gespeeld. Ik was 22 en niet-professioneel journalist. Ik viel van mijn stoel toen ik dat las. Tien jaar later zat ik op de perstribune van het Ottenstadion toen de piepjonge Nii Lamptey van Anderlecht vanuit het Gentse supportersvak ‘onder de horloge’ een tros bananen kreeg toegeworpen. Ik herinner mij niet dat dit incident een dag later in een verslag werd benoemd.

Romelu Lukaku in de documentairereeks 'FC United'. Beeld VRT
Romelu Lukaku in de documentairereeks 'FC United'.Beeld VRT

Je kunt de media van de jaren tachtig en negentig niet meer vergelijken met de media van deze eeuw. Daarom is het tegelijk zo treurig en contraproductief dat Romelu Lukaku altijd weer datzelfde riedeltje bovenhaalt: ‘Ik word omschreven als snel en sterk en groot en fors.” Of: “Als ik slecht speel, ben ik een Congolese Belg. Speel ik goed, dan een gewone Belg.”

Inmiddels is door onderzoek van databases aangetoond dat die laatste bewering niet klopt. Iemand zou Lukaku aan het verstand moeten brengen dat de strijd tegen het racisme ook geen overdrijving verdraagt.

Helemaal lastig wordt het als we zijn uitmuntende fysieke kwaliteiten niet meer mogen benoemen. Niemand die beweert dat hij niet slim zou zijn, omdat hij snel en sterk is. Dat is onzin, dat weet iedereen die in de sport zit. De twee meest complexe en gecompliceerde sporten ter wereld zijn ijshockey en basketbal. In het ijshockey is het zoeken naar een zwarte. In het basketbal is het soms zoeken naar een blanke. De meest geniale spelers zijn blank in het hockey en zwart in het basketbal. Die oververtegenwoordiging is het gevolg van nurture (sociologie) en niet van nature (ras). Idem voor hun genialiteit.

Dat wij de zwarte voetballers in de eerste plaats fysieke kwaliteiten toedichten, heeft te maken met een realiteit en is het gevolg van rekrutering. Van een test-Afrikaan verwachten de importeurs (makelaars, mensenhandelaars, clubmanagers) nu eenmaal in de eerste plaats fysieke kwaliteiten. Over dat systeem van mensenhandel valt zeer veel te zeggen, maar het is wel de realiteit in de populairste sport van dit land.

Nog een gevolg van die rekrutering: de Afrikaanse tackle. Een beladen begrip, maar die bestaat. Wie het tegendeel beweert, moet in Afrika een wedstrijd gaan bekijken. De normen van het aanvaardbare zijn daar net even iets anders. Van een Afrikaan op onze voetbalvelden verwachten managers en clubleiders, neen eisen ze, die energieke inzet. Na een paar al te energieke tackles, en gele en rode kaarten, volgt de aanpassing aan het spel zoals dat hier gespeeld wordt. Indien niet, sturen ze hem terug.

Een Afrikaan móét volgens zijn importeurs eerst snel, onverzettelijk en sterk zijn. Als hij ook nog goeie voeten heeft en vista – weeral, heeft niks te maken met de kleur – kunnen ze hem extra duur doorverkopen. Er lopen op dat continent ongetwijfeld slome, balvaste, valse trage types rond, zeg maar zwarte Hans Vanakens. Meer zelfs, ze hadden er hier ooit bij Beveren een met Yaya Touré, die later het mooie weer maakte bij Manchester City. Die werd evenwel beschouwd als een vergissing van het systeem.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234