AnalyseLopende zaken
Dat Rousseau en Bouchez de formatie bijna op de klippen lieten lopen, is geen toeval
Dat uitgerekend de jonge voorzitters Georges-Louis Bouchez (MR, 34) en Conner Rousseau (sp.a, 27) de federale regeringsvorming ei zo na op de klippen deden lopen, is geen toeval. Hun op intuïtie en wispelturigheid drijvende actie toont een nieuwe vorm van politiek leiderschap. Hoofdredacteur Bart Eeckhout analyseert de politieke week.
Soms kan de Wetstraat een stolp zijn met aangedampte glazen, zoals van een bril onder een mondmasker. Laten we daarom even een omweg nemen via de Amerikaanse presidentscampagne die naar de finale gaat. De strijd tussen president Donald Trump en uitdager Joe Biden is ook een clash van politieke systemen. Een boeiende clash zelfs, ook voor de Belgische politieke actualiteit, omdat hij de gebreken van de botsende systemen laat zien.
Aan de ene kant heb je Donald Trump. Achter hem staat nog wel een partij, de Republikeinen, maar hij stuurt toch vooral een moeilijk in een structuur te vatten beweging aan. De ‘partij’ is een kiesvereniging geworden, die nu voor het eerst in haar bestaan zelfs zonder program naar de kiezer trekt: Trump vult zelf het vacuüm in. Als een organische zwerm cirkelt de aanhang om hem heen. Leider en programma vallen samen.
Joe Biden daarentegen is heel erg het product van een klassiek partijsysteem. Hij is de verpersoonlijking van het particratische compromis, de ervaren man die overeind blijft nadat alle concurrenten in een soms bloedige interne competitie verslagen zijn.
Stokdoof
Bij Trump en Biden springen de nadelen van beide systemen meteen in het oog. Omdat elk ideologisch houvast ontbreekt, zwiept Trump roekeloos alle kanten op. De president is niet te beroerd de polarisering tot op een gevaarlijk, fysiek niveau op te voeren.
Dat is ook nodig, vanuit Trumps perspectief, want ook zonder partijstructuur moet je je aanhang wel gemobiliseerd houden. Dat behoeft almaar straffere uitspraken die de grenzen van racisme, laster en leugen opzoeken en overschrijden. Trump toont zich bereid het hele land naar de rand van de afgrond mee te slepen als hij dat nodig acht voor zijn eigen populariteit.
Anderzijds toont tegenstrever Biden de zwaktes van het traditionele hiërarchisch opgebouwde partijsysteem. De manier waarop Biden soms oud en vermoeid oogt, lijkt wel symbolisch voor de staat van de partij. Net als vier jaar geleden rekruteren de Democraten hun kandidaat uit een klein kringetje insiders.
Daarmee blijven ze stokdoof voor het grote wantrouwen in juist die klassieke politiek. Mede daarom is het nu alweer nagelbijtend toekijken hoe Trump, in weerwil van al zijn fouten en gevaren, toch weer kans maakt op herverkiezingen.
In de Wetstraat zagen we afgelopen week een vergelijkbare confrontatie tussen politieke systemen. De hoofdrolspelers in de intense crisis in de regeringsformatie waren de partijleiders Georges-Louis Bouchez (MR) en Conner Rousseau (sp.a). Zij vertegenwoordigen de trend om de bestaande, vaak uitgewoonde partijstructuur te verlaten. Net zoals Donald Trump of evengoed Barack Obama zien ze zichzelf niet als woordvoerder van voldragen partijstandpunten, maar veeleer als charismatische leiders die intuïtief richting geven aan hun schare volgelingen.
En net zoals bij Trump moeten die volgelingen voortdurend wakker gehouden worden, wat leidt tot wispelturigheid en conflict. MR-voorzitter Bouchez stak de Wetstraat in brand met een interview in Humo vol venijn. De ongeschreven regel dat partijleiders tijdens regeringsonderhandelingen geen grote verklaringen afleggen over hun gesprekspartners werd met de voeten getreden, maar Bouchez heeft juist lak aan dat soort ‘tradities’.
Helse poorten
Sp.a-voorman Rousseau was er dan weer snel bij om, zonder overleg, een veto tegen Bouchez uit te spreken. Rousseau had daarvoor wel de steun van de eigen partijtop, maar, zoals een partijgenoot toegeeft: die partijtop, dat is tegenwoordig toch vooral Conner Rousseau zelf.
Sinds ze verkozen zijn, kwamen de heren Bouchez en Rousseau wel vaker in conflict, ook met elkaar. Telkens hoort daar een flinke uithaal bij op Twitter (Bouchez), Instagram (Rousseau) of Facebook (allebei).
Achter de soms stuitende banaliteit van de onmin gaat een diepere verschuiving schuil. Wat hier onderuitgehaald wordt, is de partijstructuur als ledendemocratie. Traditioneel bepalen leden de inhoudelijke koers van de partij. Sinds de ontzuiling is evenwel een kloof gegroeid tussen de leden en de kiezers van partijen, wat mede de afkalving van de traditionele middenpartijen verklaart.
Politici als Bouchez en Rousseau, maar evengoed de door hen beiden bewonderde Franse president Emmanuel Macron, pogen die kloof te overbruggen door rechtstreeks kiezers aan te spreken en aan te porren. Vandaar hun belangstelling in sociale media, waar ze een flink deel van het partijbudget investeren in de opbouw van het eigen imago.
Dat politici pogen ‘vergeten’ kiezers weer in de democratische ruimte te trekken met onconventionele methodes is legitiem. Het wantrouwen in de politieke instellingen, en met name ook in partijen, is groot. Dit terrein aan de radicale en/of populistische politici – zelf ook sterk aanwezig op sociale netwerken – overlaten, is het recept van de huidige teloorgang van de middenpartijen. Dat is waarom Conner Rousseau zijn ambitie om de partij sp.a om te vormen in de beweging Vooruit zo fel aanzet: kiezers wegslepen van bij de helse poorten van de antipolitiek.
Van partij naar beweging?
Er is wel een probleem. Politiek actieve bewegingen leven vaak bij de gratie van de populariteit van hun leider. Charisma laat zich daarbij nog weleens vermengen met autoritair leiderschap. Rousseau en Bouchez zijn ook daar niet vies van. Het resultaat is vaak een grillig parcours. Het succes is zelden duurzaam.
Het is daarbij nog maar de vraag of het politieke vertrouwen in zijn geheel wint bij de bochtige bewegingsstrategie. Kijk naar vorige week. Dat het inmiddels weer gebluste brandje goed is geweest voor de persoonlijke populariteit van Rousseau en Bouchez is wel zeker. Maar de kans is reëel dat hun actie tegelijk het globale onbehagen nog heeft doen toenemen.
Er is nog een probleem. Van een beweging naar een partij evolueren: dat kan, kijk naar Agalev/Groen. Als beweging politiek succesvol worden: dat kan ook, kijk naar En Marche, Podemos of Cinque Stelle. Maar als partij naar een beweging overgaan: dat lukte nog nooit, nergens.
Conner Rousseau kan het aan zijn huidige partijgenoot Bert Anciaux vragen. Die probeerde het ooit met ID21 als aanhangsel bij de VU. Het eindigde in de ontploffing van zijn hele partij.