ColumnPaul De Grauwe
Crash van de hightechbedrijven, een geval van ‘madness of the crowd’
Paul De Grauwe is professor aan de London School of Economics. Zijn column verschijnt tweewekelijks.
De financiële markten zijn grillig. Dat blijkt nog maar eens uit wat er de laatste weken gebeurt met de aandelenkoersen van de hightechbedrijven. Die zijn gekelderd. De prijs van het Meta-aandeel (Facebook) is sinds midden 2021 met 70 procent gedaald. Het Amazon-aandeel verloor 50 procent van zijn waarde vergeleken met een jaar geleden. Bij Microsoft was dit verlies 30 procent. Ook Tesla verging het niet beter: min 50 procent gedurende dezelfde periode. Bitcoin spant de kroon met een koersverlies tegenover de dollar van 75 procent.
Wat is er aan de hand? Er is een verleiding bij beursanalisten om allerlei technische verklaringen te geven: Facebook groeit niet meer en heeft te veel geïnvesteerd in futuristische projecten; Amazon heeft toeleveringsproblemen en sukkelt met de vakbonden; Tesla heeft onvoldoende batterijen en kan de vraag naar zijn auto’s niet volgen. Daar is in elk van deze gevallen iets van aan, maar het feit dat de prijsdalingen allemaal op hetzelfde moment komen doet vermoeden dat er iets fundamentelers aan de gang is.
Wat we nu meemaken is het gevolg van een klassieke zeepbel in de financiële markten. En die verloopt altijd volgens hetzelfde patroon (zij het dat de details verschillen). Een nieuwe technologie doet haar intrede. Die creëert nieuwe mogelijkheden: nieuwe ongekende producten die de oude van de kaart zullen vegen; innovatieve productiemethoden die de traditionele methoden zullen vervangen. Die nieuwe producten en productiemethoden beloven fantastische toekomstige winsten. Investeerders springen op de wagen en kopen de aandelen van de nieuwe bedrijven. Die schieten de lucht in. De aandelenkoersen bereiken ongekende hoogtes. Wat op zijn beurt euforie uitlokt. Er zijn geen grenzen meer. Fantastische verhalen over hoe de wereld er volledig anders zal uitzien dankzij de nieuwe producten en productiemethodes worden door heel ernstige mensen verteld. De sceptici die waarschuwen dat de aandelenkoersen te hoog zijn worden weggelachen als ouderwetse krokodillen.
Totdat een kleine vonk ontbrandt: tegenvallende winstcijfers, rentestijgingen die de investeerders doen inzien dat aandelen toch niet zo interessant meer zijn. Die zijn voldoende om de zeepbel te doen barsten. Plots wordt duidelijk dat de verhalen in grote mate gebaseerd waren op euforie en fictie. Het omgekeerde proces wordt in gang gezet. Pessimisme neemt de plaats in van euforie en de aandelenkoersen van de bedrijven die een nieuwe wereld beloofden kelderen.
Dat is vandaag aan de gang. Facebook beloofde een technologisch nirwana. Nu blijkt dat Facebook weliswaar leuke dingen heeft mogelijk gemaakt, maar dat het economische belang ervan schromelijk werd overschat. Hetzelfde kan gesteld worden van vele hightechbedrijven. In 2021 was het Tesla aandeel zo hoog geklommen dat de marktkapitalisatie van dat bedrijf hoger was dan de som van de marktkapitalisaties van alle andere autofabrikanten samen. Met andere woorden: de investeerders geloofden dat in de toekomst Tesla meer winsten zou genereren dan alle andere autofabrikanten samen. Zovelen geloofden in het genie van één man dat ze hun gezond verstand hadden verloren. Het Tesla-aandeel kon niet anders dan kelderen en dat zal nog verder gaan.
Bitcoin (en andere cryptomunten) vormt een gelijkaardig verhaal. Een technologische innovatie die doet geloven dat de wereld van het geld er totaal anders zal uitzien. In het geval van de cryptomunten was het van in het begin duidelijk dat die innovatie geen toekomst had in de wereld van het geld omdat de transacties met cryptomunten te traag, te duur en te onzeker zijn om het traditionele geld te verplaatsen. Toch werden de cryptomunten met een nog grotere passie verdedigd als het nieuwe wonder. Dat laatste had ook te maken met het populaire verhaal dat de cryptomunten de David waren die de slechte Goliath (de bankiers) zou verslaan.
Wat leren we hieruit over de werking van financiële markten? Er circuleren hierover twee visies. Er is de visie dat in de financiële markten de wisdom of the crowd heerst. Die stelt dat de informatie over wat de correcte prijs is verspreid is bij duizenden investeerders. Die informatie wordt door de markt op efficiënte wijze gecentraliseerd en resulteert in de beste mogelijke prijs. Niemand doet beter. Ook niet een professor economie.
Er is ook de visie van de madness of the crowd: soms wordt de markt gegrepen door collectieve processen van optimisme en euforie die tot prijzen leiden die niets meer te maken hebben met de economische realiteit. Het zijn de processen die ik in deze column heb beschreven.
Beide visies vertellen een deel van de werkelijkheid. En als dan de madness of the crowd primeert is het leuke van de financiële markten dat er altijd een correctie komt.