Uitkijkpost
Beste Martine Tanghe, wij hebben het raden naar uw favoriete onenightstand
Elk weekend schrijft Joël De Ceulaer een boze, bezorgde of blije brief aan de (m/v/x) van de week. Hier kunt u die brief lezen of beluisteren.
Beste Martine Tanghe
Het was een van de ontroerendste momenten die ik ooit bij een nieuwsanker heb mogen observeren. Afgelopen woensdag, voor u het woord gaf aan Catherine Van Eylen voor de sport, verwees u de kijker nog even naar Mijn kanker, een programma met getuigenissen dat Eén later die avond zou uitzenden. Het bewuste moment duurde een fractie van een seconde en was nauwelijks waarneembaar, maar ik zag het en was diep getroffen: u had zich kranig op die aankondiging voorbereid, maar moest toch, met gebogen hoofd zodat u de blik van de camera kon ontwijken, snel een krop in de keel wegslikken. Iedereen zal dat begrijpen. Als ervaringsdeskundige weet u hoe die kloteziekte er kan inhakken. Heel Vlaanderen herinnert zich nog hoe u maandenlang van het scherm verdween, om daarna weer, in volle glorie en met opgeheven kin, gewoon aan de slag te gaan – op de plek die voor altijd met u geassocieerd zal blijven: de nieuwsdesk van de VRT.
Pensioen
Ik neem de vrijheid om het woord tot u te richten, mevrouw, omdat ik weet dat u aan de vooravond van uw pensioen staat. De openbare omroep is onverbiddelijk: wie 65 is, mag beschikken. Dat is oneerlijk, maar – zoals Maggie De Block zou zeggen: ‘Het is wat het is.’ Het goede nieuws is dat u door de verzamelde Vlaamse media zult worden bijgezet in de eregalerij van de allergrootsten, naast pater Damiaan, Eddy Merckx, Gaston Berghmans en Paul Janssen. Uit vele kelen zal weerklinken: “Santo subito!”
Zelf, dat weet ik zeker, zult u het liever discreet willen afhandelen. Nog een laatste blik in de camera en een kort afscheidswoord – meer moet dat niet zijn. U hebt nooit de vedette uitgehangen. Op één uitzondering na – het verslag van een avontuurlijke boottocht, vele jaren geleden in Humo – hebt u haast nooit de boekskes binnengelaten. Wij hebben het raden naar uw hobby’s, lievelingsdier of favoriete onenightstand. Die ouderwetse, licht wereldvreemde, maar elegante terughoudendheid siert u. Wie ooit een vileine column over u wil schrijven, krijgt het met mij aan de stok.
VRT-audit
Over ouderwetse terughoudendheid gesproken: ik neem aan dat ook u in toorn bent ontstoken toen u las dat een VRT-audit duidelijk maakt wat velen allang wisten: dat een paar goede vriendjes – zeg maar knuffelcontacten – van de bazen aan de Reyerslaan de voorbije jaren miljoenen euro’s belastinggeld hebben buitengesnokt – via allerlei aan de lichte witteboordencriminaliteit grenzende trucjes en constructies. Laat ik eens een gok doen: het wellicht erg redelijke maar niet exuberante bedrag waarvoor u een maand Het Journaal moet presenteren, scoort Ben Crabbé met twee afleveringen van Blokken – in ruil voor twee quizmasters of komieken zou de openbare nieuwsdienst zowaar opnieuw correspondenten kunnen uitsturen naar vele hoeken van de wereld. Of, beeld u dat eens even in, kort op de bal spelen met kritische coronareportages, in plaats van máánden na datum pas het beleid door te lichten.
Ik maak graag van de gelegenheid gebruik om iets te doen wat ik tot dusver naliet. Ik wil u nog feliciteren voor uw interview met professor Herman Goossens. Toen de Vlamingen terugkeerden uit ski-oorden, vroeg u hem met de wenkbrauwen in vraagtekenvorm (één opgetrokken wenkbrauw van u telt voor een uur duiding) of dat wel veilig was, of testen en quarantaine niet aangewezen waren. Terwijl hij u minzaam en zalvend geruststelde, fonkelde de achterdocht in uw ogen – totaal terecht, weten we inmiddels. Goossens heeft ondertussen ook toegegeven dat hij zich toen op het virus verkeken heeft. Wat het extra raadselachtig maakt dat hij deze week in De afspraak zei dat hij “500 procent” achter de beslissing van Ben Weyts staat om de secundaire scholen volledig open te houden.
Marketeers
Er is één puntje van ongemak dat ik toch graag eens bij u aankaart. U weet dat beter dan wie ook: tijdens uw carrière is Het Journaal veranderd van een informatiemoment in een nieuwsshow met servicerubriek. Drinken we genoeg water? Mag het gras gesproeid? Is de file niet te lang? Om hoe laat begint de treinstaking? De journalistiek is overwoekerd door een vorm van paternalisme die soms niet te harden is. Dat ligt niet aan u – u moest gewoon volgen wat marketeers uw bazen allemaal wijsmaakten. Maar het heeft geleid tot een giftige cocktail van emotie en informatie. Voorbeeld: u hebt de laatste maanden elke versoepeling van de coronamaatregelen met een brede glimlach aangekondigd. De verstrengingen werden dan weer met zorgelijke blik meegedeeld. Terwijl we nu weten dat precies die versoepelingen alles hebben verknoeid – daar hoorde geen glimlach bij. Nee, ook niet bij de opening der scholen.
Mijn suggestie voor uw laatste weken: eis uw eigen programma – SOS Corona. Neem alle hoofdrolspelers – van Weyts tot Goossens, van Beke tot Van Gucht – eens krachtig onder vuur. Met maar één emotie: beenharde, traditioneel journalistieke achterdocht. Zet uw wenkbrauwen maar aan het werk!
Diepe buiging en dank voor alles
Joël De Ceulaer, senior writer