Lifestyle
‘Dik’ is vanaf nu geen scheldwoord meer
2018 was het jaar waarin veel vrouwen – en mannen – de sapjesdiëten afzwoeren en hun vetrolletjes trots omarmden. Dik is geen scheldwoord meer. Integendeel. U draagt het T-shirt ‘Fat and proud’ toch ook?
“Natúúrlijk promoot ik dik zijn. Weet je niet hoe prachtig ik ben, en hoe lekker zacht? Hoe fijn het is om met mij en al mijn rolletjes, flupjes en kussentjes te knuffelen? Hoe sterk ik ben dankzij de kilo’s die ik draag? Diverse experts kunnen dit bevestigen. Dik zijn is heerlijk, het is grandioos, het is krachtig, en ik kan het iedereen aanraden. Wacht geen moment, doe het vandaag nog.”
Asha ten Broeke, columnist voor de Volkskrant, riep aan het begin van het jaar al op om ongegeneerd zwaarlijvig door het leven te huppelen, vele anderen volgden. En zo werd 2018 het jaar waarin steeds meer dikke vrouwen het woord als een geuzennaam gingen opspelden. De hashtag #bodypositive op Instagram leverde 7,9 miljoen resultaten op, de hashtag #effyourbeautystandards (vrij vertaald: steek uw schoonheidsidealen waar de zon niet schijnt) had 3,5 miljoen posts. Ook #fatpositive was goed voor honderdduizenden prachtige close-ups van rondingen, welvingen en kwabjes.
In haar vertaalde bestseller Honger schrijft de Amerikaanse auteur Roxane Gay hoe ze zichzelf wil zijn ondanks haar obese verschijning, in Every Body Yoga maant dikke yogafanaat Jessamyn Stanley de zwaarlijvige medemens aan om wars van schroom een ‘downward dog’ uit te proberen op de mat. En toen Netflix Insatiable op ons afvuurde, een serie die de draak steekt met een dikke vrouw en haar eetstoornis, ondertekenden prompt een kwart miljoen mensen een petitie om de reeks van het scherm te halen. Streamingconcurrent Hulu bestelde van de weeromstuit meteen een serie over ‘een dikke vrouw die haar leven wil veranderen, maar niet haar lichaam’.
In eigen land schaarde Maggie De Block zich dit jaar achter de ‘ik ben dik, et alors’-trend. In een opvallende Facebook-post vertelde de minister van Volksgezondheid hoe ze lang op een blad sla en een tomaat probeerde te overleven. Maar toen haar sociale leven er echt onder begon te lijden, besloot De Block: rien ne va plus. “Stoppen met diëten was een opluchting. Nu heb ik aanvaard wie ik ben.”
Dat ze regelmatig te horen krijgt dat een obese minister van Volksgezondheid niet erg geloofwaardig is, neemt ze er dan maar bij. “Je kan je hele leven ongelukkig zijn, maar dat wil ik niet.”
Body positivity
Sociaal assistent Kim De Paep (37) maakte de klik nadat een relatie van tien jaar op de klippen liep: “Ik besefte dat mijn ontevredenheid over mijn lijf onbewust voor conflict had gezorgd in mijn relatie. Ik was niet zelfverzekerd, hij maakte af en toe een goedbedoelde maar toch kwetsende opmerking.” Vandaag loopt ze geregeld rond in een T-shirt met het opschrift ‘Fat and proud’. De Paep is altijd eerder ‘aan de mollige kant’ geweest. Nu zegt ze gewoon: ik ben dik. “Ik merk dat mensen daarvan schrikken. Automatisch sussen ze: ‘Nee, nee, bij jou valt het nog goed mee.’ Terwijl het mij niets doet. Ik ben dik, dat is nu eenmaal de vorm die mijn lichaam heeft. Het is gedaan met waardering te zoeken bij andere mensen.”
Body positivity werd voor het eerst een dingetje in de jaren 60, toen Amerikaanse dikke vrouwen samenkwamen in parken om potten ijs te eten als protest tegen de slechte behandeling van mensen met overgewicht. In 1969 werd de National Association to Advance Fat Acceptance in het leven geroepen, een ngo die strijdt voor ‘de bescherming van de rechten van dikke mensen’.
In het sociale-mediatijdperk werd de body-positivitybeweging nieuw leven ingeblazen door bloggers, vooral vrouwen van kleur. Zij deelden strandfoto’s van dikke vrouwen, die werden opgepikt door feministische websites. Vandaag leeft de beweging vooral op Instagram, waar naast foto’s van perfecte fitnesslichamen ook plaats wordt opgeëist voor mensen die níét aan die norm voldoen. ‘Body positivity groeide uit tot meer dan alleen een zaak van overgewicht’, vatte The New York Times het dit jaar samen. ‘Het draait om het accepteren van ieder lichaam zoals het is, ongeacht wat als sociaal aanvaardbaar of mooi wordt gezien: van acne, lichaamsbeharing en cellulitis tot meer complexe zaken zoals handicaps.’
In lifestylemagazine Marie Claire riep The Good Place-actrice Jameela Jamil onlangs nog op om body positivity meer inclusief te maken. Jamil wordt gek van ‘rolmodellen’ zoals de Kardashian-vrouwen die afbeeldingen van hun ronde poep delen, maar dan wel met hun (streef)gewicht erbij. De actrice moedigde haar bijna miljoen Instagram-volgers aan om hun zelfwaarde niet enkel van het cijfertje op een weegschaal te laten afhangen. Eerder van zaken als: ben ik een goede vriendin, een goede partner, financieel afhankelijk? “Vandaag is body positivity nog te vaak een zaak van zeer slanke, Kaukasische vrouwen die toch al aan het stereotiepe schoonheidsideaal beantwoorden”, zegt Jamil. “Prima, ook zij mogen zich goed in hun vel voelen, maar het is niet de reden waarom de beweging ontstond.”
Naarmate de populariteit van de ‘dik is oké’-boodschap toenam, gebeurde er iets vreemds. Vrouwen met maatje 42 werden gebombardeerd tot radicale rolmodellen, ook al ontbrak het hen aan een vetrol of twintig en zaten hun rondingen eerder op alle zogenaamde ‘juiste plaatsen’. Ook fabrikanten van cornflakes, scheermesjes, zeep en ondergoed pakken vandaag maar al te graag uit met de ‘hou van je lijf’-boodschap om meer producten te verkopen. En dat gaat nu eenmaal beter met een model dat een zandloperfiguur benadert. Overgewicht, allemaal goed en wel, maar: make it look sexy.
Die blinde marketing levert serieuze blunders op. Zo pronkte modelabel Everlane in mei 2018 nog met hun allereerste plus-sizemodel zonder effectief ook grote maten in de collectie aan te bieden. En Sloggies.nl vond het gepast om placemats uit te delen met daarop: ‘Eet je niet te veel? Anders pas je niet meer in je Sloggies.’
Obesitas promoten
Toen model Tess Holliday – maatje 54, categorie ‘morbide obesitas’ – in oktober op de cover van de Britse Cosmopolitan prijkte, werd dat door de body-positivitybeweging als een overwinning van formaat gezien. Maar het lifestyleblad kreeg meteen ook tonnen kritiek over zich heen omdat het daarmee overgewicht zou promoten. Alsof dunne mensen die een foto zien van een vrouw met obesitas daarop alleen nog maar chips en chocolade schransen om toch maar zo snel mogelijk vijftig kilo bij te komen en op haar te lijken.
Plus-sizemodel Marianne Nykjaer (30) verzucht: “Het is een verwijt dat ik vaak moet slikken. Ik heb nochtans nooit staan roepen: ‘Ik ben dik en jullie moeten ook dik worden!’ Anderzijds moet ik toegeven dat ik obesitas op een bepaalde manier aanprijs, ja. Het is niet het einde van de wereld om dik te zijn. Ook dikke mensen hebben een carrière, een seksleven, een vriendengroep. Ook dikke mensen reizen, gaan op restaurant, staan tot diep in de nacht op de dansvloer.”
Marianne is zichzelf in 2018 dik gaan noemen, zonder daar enige schaamte over te voelen. Dat was niet altijd zo: “Vroeger zei ik steevast: ‘Ja, ik ben dik, maar ik ben wél gezond. Ja, ik ben dik, maar ik sport wél vijf keer per week. Ja, ik ben dik, maar ik eet wél evenwichtig.’”
Mensen snakken blijkbaar naar die verklaring. Je mag pas dik zijn als je daar een schuldgevoel over hebt, of als je er iets aan probeert te doen. “Dikke mensen worden constant ondervraagd”, schrijft blogster Your Fat Friend. “Mensen willen weten of ze sporten, hoeveel ze slapen, wat ze koken. Is het lokaal? Organisch? Hebben ze weleens Atkins geprobeerd? Een sapjeskuur misschien? Weight Watchers?”
Het is niet oké om tegen mensen te zeggen dat ze enkel het recht hebben om mee te draaien als ze zo hard mogelijk werken om zichzelf te veranderen, zegt de body-positivitybeweging. Kim De Paep: “Ik heb lang de neiging gehad om iedereen gerust te stellen: mijn bloedwaarden zijn in orde, ik heb geen te hoge cholesterol. Terwijl dat er niet toe zou mogen doen. Je bent gewoon een mens, alleen al daarvoor verdien je respect.”
Bescheiden zijn
Feit blijft: het is niet omdat vrouwen zich niet langer willen verontschuldigen voor hun rondingen, dat ook de rest van de wereld mee is. Eline Van Hooydonck (27) herinnert zich goed de teleurgestelde blikken van mannen die ze op datingsites had leren kennen: “Op Tinder zien ze alleen een foto van mijn hoofd. Ze vinden mij knap en we spreken af. Maar dan zien ze mij in vol ornaat opdagen en je ziet ze denken: ‘Tof kopke, maar dat overgewicht... Jammer.’ Iemand zei recht in mijn gezicht: ‘Je bent niet wat ik ervan verwacht had. Ik val op iets sportievere meisjes.’ Daar ben je dan toch een paar dagen triest over, zelfs als je op de body-positivitybarricade staat.”
Ook voor mannen is het van hetzelfde laken een pak, weet Arnold Wittenberg (27): “De gezapige vent met bierbuikje is algemeen aanvaard. Maar ik ben homo, dat is toch wat anders. Als je als homoman uitgaat, wordt er erg naar je looks gekeken. Dan merk je meteen dat je afgeschreven wordt omdat je dik bent.”
Arnold is recent verkozen als schepen van Sport in Hoogstraten, ondanks zijn licht overgewicht: “Ik moest meteen aan Maggie De Block denken. Ik, een schepen van Sport met wat overgewicht, zou vast dezelfde kritiek krijgen als een zwaarlijvige minister van Volksgezondheid. En ja hoor: twee weken geleden ben ik voor het eerst gaan zwemmen in ons gemeentelijk zwembad. Iemand vond het meteen nodig om te zeggen: ‘Amai, gij hebt ook geen lijf om schepen van Sport te zijn.’ Alsof mijn lichaam iets zegt over mijn bekwaamheid.”
Ook toen wij een fotograaf naar Arnold stuurden, kreeg hij kritiek. In een goedlachs bericht laat hij weten: “Iemand vroeg me waarom ze foto’s van mij kwamen maken in het zwembad, ‘want je hebt er toch niet direct het lichaam voor’.”
Waarom kan zwaarlijvigheid nog steeds op weinig sympathie rekenen? Voor blogger Merel Wildschut (32) is het duidelijk. “Onze cultuur is gericht op kalm doen”, schreef ze in mei op haar blog De Groene Meisjes. “We mogen nergens naar ruiken. Vrouwen mogen geen lichaamsbeharing hebben. Toon niet te veel emoties in het openbaar, alsjeblieft. We moeten bescheiden zijn. We moeten onopvallende eenheidsworstkleding dragen. Dikke mensen nemen veel ruimte in beslag en zijn daardoor veel te aanwezig – daar houden we niet van.”
Volharden dat ook dikke mensen een menswaardige behandeling verdienen blijft blijkbaar een controversieel standpunt. Wanneer wij Marianne spreken, heeft ze net besloten om een tijdje afstand te nemen van de sociale media. Op haar Instagram-account, Facebook-pagina en blog postte ze regelmatig over haar leven als dikke vrouw. Voor veel mensen is ze een voorbeeld. Anderen zien haar activisme als een vrijgeleide om haar nog verder de grond in te boren. Marianne: “Mensen kunnen zich niet voorstellen hoeveel shit je over je heen krijgt, gewoon omdat je als dikke vrouw simpelweg bestaat.”
Laxeerpillen
Dikke mensen uitschelden is geen uitzondering of de bezigheidstherapie van een paar rotte appels. Het is schering en inslag, het is de status quo. En het kan heel smerig worden. Marianne gaat door haar privéberichten op Instagram en leest voor: “Ik hoop dat je van een brug springt en sterft zodat ik daarna jouw lijk kan neuken.” Een reactie nadat Marianne gewoon een bikinifoto had gedeeld.
Probeer je eens voor te stellen dat telkens wanneer je iets positiefs over jezelf zegt, iemand in je oor komt schreeuwen dat je aders dichtslibben, je binnenkort zeker doodgaat en dat het dan je eigen schuld zal zijn. Met hoeveel zelfvertrouwen zou jij dan nog in de spiegel kijken?
Een vriendin die recent 30 kilo is afgevallen, merkt dat iedereen haar opvallend beter en vriendelijker behandelt. “Alsof ik nu pas recht heb om tot het clubje te behoren.” Vetrollen duiden op falen, dun zijn is volgens onze maatschappij een prestatie. Iets waarvoor je gefeliciteerd moet worden. Zelfs dunne mensen die moeite hebben om bij te komen, ook als ze dat wanhopig graag willen, krijgen complimenten. In heel extreme gevallen krijgen kanker- en andere patiënten soms te horen ‘dat ze er tenminste beter dan ooit uitzien’: “Suckt van de chemo, Marleen, maar hey, denk aan alle kilo’s die je gaat verliezen.”
“Slank wordt automatisch als gezond gezien, ook al is gezondheid helemaal niet zo objectief waar te nemen en voor iedere persoon anders”, zegt Sabine Peeters (36), auteur van Lief voor mijn lijf en een van de voornaamste stemmen in het Belgische body-positivitydebat. De schrijfster is herstellende van een eetstoornis. “Voor mij betekent gezond zijn: mentaal evenwicht vinden, zien dat ik mij niet opnieuw in mijn eetstoornis stort. Ik ben dan wel volgens alle standaarden dik, maar voor mijn mentale welzijn is dat op dit moment de beste keuze.”
De stereotypes kunnen verregaande gevolgen hebben. In het artikel ‘Alles wat je weet over obesitas is fout’ op het longreadplatform The Highline, legt de Amerikaanse onderzoeker Erin Harop uit dat dikke vrouwen met een eetstoornis twee keer zo vaak overgeven en laxeerpillen slikken als dunne vrouwen met een eetstoornis. Dunne vrouwen met een eetstoornis krijgen daar gemiddeld binnen de drie jaar professionele hulp voor. Dikke vrouwen moeten gemiddeld 13,5 jaar wachten voordat iemand hun problemen serieus neemt. Sabine: “Omdat ik mij weer slechter voelde, ging ik naar de dokter om te vragen of ik mijn angstmedicatie misschien weer kon opdrijven. Ik legde uit dat dat nodig was omdat ik weer problemen begon te krijgen met eten. Het enige wat de dokter zei: ‘Ik kan je een dieet op basis van proteïneshakes voorstellen, dan ga je je snel goed in je vel voelen.’”
Politiek debat
Dikke mensen schaamte aanpraten zodat ze afvallen, zou bovendien averechts werken. Door de stress van de dagelijkse vernedering ga je juist méér zin krijgen in eten. Als je in de fitnesszaal nagewezen wordt, ga je niet extra kilometers op de loopband hollen. Je blijft de volgende keer gewoon weg. Nadat in 2018 het besef langzaam doorsijpelde dat ‘dik’ geen scheldwoord meer is, is de volgende stap: een politiek debat rond het thema.
Ondertussen benadrukken de fatpositive-rolmodellen de voordelen van extra kilo’s. De zachte rondingen, de krachtige armen, bepaalde kledingstukken die met wat meer borst en heup plots een stuk beter staan. Kim: “Mijn collega’s zijn soms verbaasd hoe snel mensen mij hun grootste geheimen toevertrouwen. De goedlachse dikke vrouw komt zo snel alles te weten. Ik zie er nu eenmaal heel toegankelijk uit, benaderbaar.” (lacht)
De Block verwoordde het dit jaar misschien nog het best: “Dik zijn is zichtbaar, dat is het probleem. Je mag oerdom zijn, maar als je je mond niet opendoet, is er niemand die het merkt. Maar als ik moet kiezen, weet ik het wel. Dat zeg ik ook tegen mijn dochter. Zij is slank, maar ze moet ook opletten. Als ze vroeger zei: ‘Dat heb ik van u’, dan zei ik: ‘Ja, en uw goede punten voor wiskunde ook.’”