Voor u uitgelegdDiscussies
Zo ontmijn je discussies op het familiefeest: zeven tips van een FBI-crisisonderhandelaar
Voor sommigen van ons zijn discussies rond de feesttafel een traditie die net zo diepgeworteld is als het openen van cadeautjes. Toch zijn er ook manieren om de familieruzies te vermijden. Met deze zeven strategieën van een FBI-onderhandelaar herstel je snel de vrede op het feest.
Er zijn veel redenen waarom familiebijeenkomsten kunnen ontaarden in spanningshaarden, zegt klinisch psycholoog Jodie Eisner. Familieleden kunnen sterk verschillende waarden en overtuigingen hebben. Verwachtingen zijn hoog. Grenzen worden genegeerd. En misschien nemen we weer oude rollen aan en gedragen we ons als een norse tiener als we bij onze ouders zijn.
“Veel patiënten hebben me al gevraagd waarom ze in oude patronen terugvielen” zegt Eisner. “Wel, we leren eerst via onze familie hoe relaties werken en hoe we ons met anderen moeten verbinden.” We bouwen een identiteit op rond onze plaats in de familie, bijvoorbeeld als vredeshandhaver of grapjas, legt ze uit. Breng al die factoren samen, voeg een flinke dosis alcohol toe en laat het sudderen.
Discussies zijn misschien onvermijdelijk, maar dat betekent niet dat je ze niet kunt ontmijnen. Een handige reddingsboei zijn de zeven handvaten voor actief luisteren die crisisonderhandelaars van de FBI gebruiken. Ze werden opgesteld door Gary Noesner, de voormalige chef van die crisisonderhandelingseenheid.
Hoewel de tools werden ontwikkeld om vluchtige (doodserieuze) confrontaties, zoals vliegtuigkapingen, ontvoeringen of gijzelingen, snel tot bedaren te brengen, werken ze net zo goed “voor die ene nonkel die aan de feesttafel over politiek begint”, verzekert Noesner.
Hij benadrukt dat de vaardigheden gebaseerd zijn op bekende psychologische methodes. Zo is het concept ‘actief luisteren’ oorspronkelijk ontwikkeld door Carl Rogers, een van de grondleggers van de humanistische psychologie.
“We denken allemaal dat we goed kunnen luisteren,” zei Noesner. “Maar actief luisteren houdt in dat je zowel het argument van je gesprekspartner als zijn gevoelens erkent. Het betekent niet dat je het eens of oneens bent met hem. Het impliceert alleen: ‘Ik hoor je.’”
1. Gebruik minimale aanmoedigingen
Dit betekent dat je korte zinnen gebruikt zoals ‘ja’, ‘oké’ en ‘ik begrijp het’ om aan te geven dat je aandachtig luistert terwijl een geagiteerde persoon praat. Noesner merkt op dat het moeilijk is om boos te blijven op iemand die blijft knikken.
2. Parafraseer
Deze oefening is simpel, maar heeft veel effect: herhaal in je eigen woorden wat je denkt dat de andere persoon zegt. Het mooie van parafraseren is dat je het niet kunt faken. Je moet op zijn minst enige aandacht besteden aan wat je gesprekspartner vertelt om jouw interpretatie te kunnen verwoorden.
3. Benoem emoties
Probeer te ontdekken hoe je gesprekspartner zich voelt. Dat kun je doen door te zeggen ‘het lijkt alsof je boos bent omdat ik net een vraag stelde’. Als je gelijk hebt, zal je gesprekspartner dat beamen. Als je ernaast zit, zal hij je corrigeren. Hoe dan ook, jullie zitten plotseling op één lijn en werken naar hetzelfde doel toe: de gedachten van je gesprekspartner ophelderen.
4. Begin met spiegelen
Dit trucje is het gemakkelijkste. Als je gesprekspartner overstuur is, wacht dan tot hij uitgepraat is en herhaal alleen de laatste woorden van zijn boodschap. Stel dat je gesprekspartner afsluit met “en ik ben geïrriteerd”, dan spiegel je dit door te zeggen “en jij bent geïrriteerd”. Door zijn eigen woorden te gebruiken, creëer je, aldus Noesner, een sfeer van vertrouwdheid. Zo zal je gesprekspartner zich zekerder voelen en zorg je voor verbinding.
5. Stel open vragen
Ja-neevragen, zoals ‘Ben je boos?’, brengen je niet dichter bij een oplossing. Een open vraag nodigt wel uit tot een gesprek en werkt rustgevend, stelt Noesner. “Beeld je eens in hoeveel aangenamer het is als iemand je vraagt: ‘Ik begreep niet wat je net zei. Kun je me helpen door het verder uit te leggen?’” Een open vraag stelt je gesprekspartner ook in staat om zijn wervelende gedachten en emoties op een rijtje te krijgen.
6. Gebruik ik-boodschappen
Deze klassieke communicatiemethode, boodschappen die vertrekken vanuit ‘ik’ in plaats van ‘jij’, werkt verbindend “omdat de onderhandelaar een inkijk geeft in de eigen persoon”, zegt Noesner.
Jij-boodschappen kunnen iemand defensief of boos maken. “Dus in plaats van te zeggen, ‘Je moet stoppen met roepen’, kun je zeggen, ‘Ik ben teleurgesteld dat je roept, want ik probeer te begrijpen wat je zegt,’” legt Noesner uit. “Je neemt zelf wat verantwoordelijkheid op, maar laat je gesprekspartner toch weten welke problemen zijn gedrag veroorzaakt.”
7. Laat effectieve pauzes toe
Als je gesprekspartner een emotioneel moment heeft, kan het nuttig zijn om enkele tellen te zwijgen, adviseert Noesner. Als mensen geen antwoord krijgen, kalmeren ze vaak. “Uiteindelijk zullen zelfs de meest overspannen mensen het moeilijk vinden om een eenzijdig argument vol te houden en zullen ze weer openstaan voor een zinvolle dialoog.”
Noesner waarschuwt dat de zeven tips van de FBI geen gegarandeerd succes bieden. “Maar ze werken beter dan je gesprekspartner aan te vallen, te kleineren, uit te sluiten of te negeren.” Toen hij voor de FBI werkte, vroeg hij aan mensen die zich na een kaping of gijzeling net hadden overgegeven wat hen hiertoe gedreven had. “Het antwoord was altijd hetzelfde: ‘Ik weet niet meer wat jullie zeiden. Maar ik vond het fijn hoe je het zei.”
© The New York Times