InterviewTom Eerebout
Stijladvies van Lady Gaga-stylist Tom Eerebout: ‘Kleding voor hem of haar? Dat verschil is passé’
De vaste stylist van Lady Gaga, haar vestimentaire toeverlaat bij rode lopers en liveshows, is een jongen uit Bredene: Tom Eerebout (33). Met een stijlgevoel dat hem tot in Hollywood bracht, geeft hij advies om na twee jaar pandemie joggingbroek overboord te gooien. ‘Je mag plezier hebben met mode.’
Hij is maar even in België, zegt Tom Eerebout wanneer we hem opbellen met een hele resem grote en kleine modevragen. Daags na ons gesprek zal hij alweer op het vliegtuig richting Los Angeles stappen, om zich het hoofd te breken over welke outfits Lady Gaga het komende awardseizoen zal dragen.
Dat kan tellen voor iemand die het grootste deel van het jaar gewoon in Antwerpen woont en die bovendien nooit een modeopleiding volgde. Eerebout ging fotografie studeren aan de Antwerpse academie, maar gaf daar na een halfjaar de brui aan. “Ik wist wel dat ik echt iets in de mode wou doen. Hoe je met kleren een soort fantasiewereld kunt creëren waarin je kunt ontsnappen, zoals je dat ook kunt in een goede film, vond ik ontzettend fascinerend.”
Hoe kwam hij vervolgens in de lade van al die grote namen terecht? “Dat gebeurde eigenlijk heel toevallig”, zegt hij. “In 2010 verhuisde ik samen met mijn echtgenoot, die toen modefotograaf was, naar Londen. Ik zou opnieuw gaan studeren, maar miste nipt de inschrijvingen aan de modeschool. Ik moest geld verdienen. Via vrienden heb ik een job als assistent-stylist kunnen bemachtigen bij Anna Trevelyan, de toenmalige styliste van Lady Gaga. Daar heb ik geluk mee gehad, en zo is de bal aan het rollen gegaan.”
Na jaren als assistent-stylist verliet hij in 2015 de entourage van Gaga om de styling voor een tournee van Kylie Minogue voor zijn rekening te nemen. Eerebout was amper 25 jaar oud. Ook bij ons kleedde hij in de daaropvolgende jaren heel wat bekende artiesten en bands, zoals Oscar and the Wolf, Sylvie Kreusch en Hooverphonic. Sinds 2018 is hij opnieuw aan de slag bij Lady Gaga, deze keer als haar vaste stylist, een duobaan waarvoor hij nauw samenwerkt met styliste Sandra Amador.
Hoe verloopt die samenwerking met Lady Gaga?
“Bij Gaga hebben we natuurlijk de ultieme vrijheid, omdat op het vlak van outfits heel veel mogelijk is. Voor welke soort look we gaan, hangt af van veel factoren: of ze met een pop- of een jazzalbum naar buiten komt, of we ons voorbereiden op een filmpremière of een interview voor televisie, om maar enkele zaken te noemen. Vaak werk ik, samen met een heel team, al iets uit dat we haar kunnen voorleggen, maar Gaga komt ook geregeld zelf met ideeën aandraven. Aan elke look gaan uren voorbereiding en planning vooraf, waarbij ook haar en make-up nauw betrokken zijn, omdat we natuurlijk tot een samenhangend eindresultaat willen komen.
“Het hoge tempo waarin we werken is echt niet te onderschatten. Als er promotie voor een film gedaan moet worden, zoals onlangs voor House of Gucci, voorzien we voor elk interview een andere outfit. Dan moet je soms tien tot twintig looks per dag samenstellen, omdat je elk mediaplatform natuurlijk iets anders wil geven.”
Kun je trots zijn als Kylie Minogue op het podium staat of Lady Gaga over de rode loper schrijdt? Of is dat stressen?
“Soms kan ik achteraf wel denken: ‘Dat hebben we goed gedaan.’ Maar voor de rode loper ben ik toch nog niet gerust. Daarom ga ik meestal mee, om te checken of alles er voor elke foto zeker goed uitziet. Ook tijdens liveshows zit ik vaak nog met angst; je weet nooit dat er eens iets zou scheuren. De ontlading komt pas nadien, maar veel tijd om daarbij stil te staan is er niet. Het is vaak meteen on to the next thing.
“Het mooiste moment dat ik in deze job al mocht meemaken, was de filmpremière van A Star Is Born in Venetië, met Lady Gaga. Alles kwam daar zo mooi samen. Ze droeg die avond een prachtige roze verenjurk van Valentino. De hele dag hing er een dreigend onweer in de lucht en maakte ik me zorgen dat dat roet in het eten zou strooien. Het is die avond daadwerkelijk beginnen te regenen en bliksemen boven de rode loper, maar daardoor was het licht ook perfect en was de sfeer gewoon magisch. Ik denk niet dat iets dat moment ooit kan overtreffen.”
Loopt het weleens mis?
“Een keer heb ik een artiest per ongeluk achterstevoren in haar jurk gestoken. (lacht) Dat merkten we pas later, toen ze al op het podium stond. Tot vandaag is niemand daarvan op de hoogte, ook de artiest zelf niet. Maar als het ooit uitkomt, zeggen we gewoon dat het een bewuste keuze was. (lacht) Dat heb ik wel geleerd in deze job: wat er ook gebeurt, je kunt het toch niet meer veranderen. Je kunt hoogstens vijf minuutjes klagen, dan moet je alweer focussen op de volgende opdracht.”
Hoe krikken we ons stijlgevoel weer op na de pandemie? Veel mensen hebben zich de voorbije twee jaar minder vaak opgekleed.
“Ik denk dat het heel belangrijk is om dat opnieuw meer te gaan doen, nu we met zijn allen vaker buitenkomen. Jezelf verzorgen kan je gemoedstoestand compleet veranderen en de juiste kleren kunnen je zelfvertrouwen een enorme boost geven. Ook voor mensen die zich een beetje neerslachtig voelen, kan het helpen wat make-up aan te doen of nette kleren aan te trekken. We leven in dat opzicht in interessante tijden, waar er veel ruimte is voor individualiteit en je kunt dragen wat je wil. Dat is een boodschap die ik vaak verkondig: je mag plezíér hebben met mode, het gaat niet enkel om hoe je er voor anderen uitziet.”
Maar hoe vind je die persoonlijke stijl dan? De meesten onder ons hebben geen stylist.
“Dat is een kwestie van veel experimenteren. Het gaat niet zozeer om wat er goed uitziet of wat bij elkaar past en wat niet, maar om de kleren waarin je je goed en zelfzeker voelt. Ik vraag aan nieuwe cliënten ook altijd of ze me een foto kunnen tonen van een outfit waarin ze zich echt volledig zichzelf voelden. Wanneer ik dan vraag waaróm dat zo was, krijg ik de meest uiteenlopende antwoorden. Omdat hun benen langer leken, omdat de stof aangenaam aanvoelde of omdat hun outfit hen op een andere manier deed bewegen, bijvoorbeeld. Dat is belangrijke informatie: als stylist probeer je nooit om iemand te veranderen, je probeert iemand vooral in zijn eigenheid te zetten.
“Als je je onzeker voelt in wat je draagt, zie je dat aan alles. Terwijl je in iets van twintig jaar geleden dat eigenlijk niet meer zo modieus is wél kunt stralen, gewoon omdat je je er goed in voelt. Ik heb het niet zo met die strikte moderegeltjes. Als je daar te veel mee bezig bent, gaat de eigenheid die je in een outfit kunt stoppen net verloren.”
Dat klinkt alsof je niet zo’n hoge pet ophebt van modetrends.
“Trends weerspiegelen natuurlijk een tijdgeest en hebben zo ook impact op een bredere cultuur. Ik denk dat ze dus altijd wel zullen blijven bestaan. Maar ik vind het jammer als mensen gewoon van de ene trend meegaan in de volgende, zonder na te denken over wat ze nu zelf mooi vinden. Dat is een ontdekkingsproces dat je jezelf echt moet gunnen. Soms werkt iets niet, so what? Maar wie weet opent het een nieuwe deur en ben je wat dichter bij het vinden van je eigen stijl.
“Als je in iets duurders wil investeren, zou ik dat sowieso niet doen in iets dat gebaseerd is op een modegril. Voor je het weet, is dat kledingstuk niet meer hip en verdwijnt het naar de achterhoek van je kleerkast. Slimmer is het om te investeren in tijdloze kledingstukken, waarvan je veel langer kunt genieten.”
Ondertussen lijkt comfort almaar vaker te primeren op mode. Om die reden is de hak al meermaals doodverklaard. Is het voortbestaan van de hak bedreigd?
(Verbaasd) “Nee, dat denk ik niet. Ik geloof niet dat het een must is onder élke outfit, maar een hak ziet er toch nog altijd eleganter uit dan een paar sneakers, vind ik. Bovendien kan een hak je hele postuur veranderen. Je gaat er rechter door lopen, met je schouders wat meer naar achteren. Daarom hebben de meeste van mijn schoenen een hak van minstens 6 centimeter. Als ik nu sneakers aantrek, moet ik daar zelfs even aan wennen. (lacht)
“Het vergt natuurlijk oefening, ik begrijp dat niet iedereen er meteen mee weg is. Een goede tip voor wie geregeld hakken draagt: wrijf wat CBD-olie op je voeten. Dat verdooft je voeten een beetje en zorgt ervoor dat je spieren wat meer ontspannen. Daardoor kun je langer op je hakken rondlopen zonder zere voeten te krijgen. We hebben dat bijvoorbeeld bij Geike Arnaert gedaan toen ze moest optreden op het Eurovisiesongfestival. Zij had daar ook nog nooit van gehoord.”
Wat kunnen mensen die weinig met mode bezig zijn doen om stijlvoller voor de dag te komen?
“Ik zeg altijd: investeer in de juiste accessoires. Enkele mooie juwelen of zelfs een stijlvolle riem kunnen een wat saaie outfit meteen naar een hoger niveau tillen. Ook een goed paar schoenen of een winterjas zijn goede investeringen. Mensen letten zonder dat ze het weten op de accessoires die iemand aanheeft, en dan maakt het niet meer uit of je daaronder een jeans draagt van een grote keten of van een duur modehuis.
“Ik zou bij het kiezen van accessoires, zeker in het begin, voor stukken kiezen die je met veel kunt combineren. Zwart doet het in die zin altijd goed. Een zwarte laars kleedt alles op: die kun je aandoen om naar het werk te gaan en past ook perfect onder een kostuum.”
Kan de capsulekleerkast, die bestaat uit 37 stukken die je tot in het oneindige met elkaar kunt combineren, ook geen handige oplossing zijn?
“Daar doe ik zelf in elk geval niet aan mee. Ik snap het idee en ik begrijp dat het minimalisme gemakkelijk kan zijn voor wie niet te veel wil nadenken over kleding. Maar het haalt alle eigenheid uit je kledingkeuzes. Dat kan saai worden.
“Ik geloof wel dat de capsulekleerkast als een goede richtlijn kan dienen. Er zijn nu eenmaal basics die onmisbaar zijn en waarop je altijd kunt terugvallen. Een goed wit en een zwart hemd komen bijvoorbeeld altijd van pas, net als een wit en een zwart T-shirt. Maar alleen maar die 37 stukken om op terug te vallen, dat vind ik te limiterend.”
Ondertussen behoort de mode-industrie wel tot de meest vervuilende sectoren ter wereld. Hoe zorg je ervoor dat shoppen een beetje duurzaam blijft?
“Zorg er eerst en vooral voor dat je investeert in kwalitatieve kleding, al betaal je daar iets meer voor. Van een trui of een jurk van 10 euro weet je eigenlijk op voorhand dat die niet lang zullen meegaan. Je ziet het ook snel aan de afwerking: een naad die al loskomt in de winkel voorspelt niet veel goeds. Kies liever voor kwalitatieve wol of katoen – daarin heb je trouwens ook veel duurzame opties, die meestal op het etiket staan aangegeven. Ook een goede jeans kan, als je hem niet te vaak wast, jarenlang meegaan. Probeer je kleerkast eerder te zien als een geheel dat je aanvult, in plaats van elk seizoen alles volledig te vervangen.
“Voor high-streetkwaliteit is Uniqlo heel goed. Zij verkopen vooral veel kwalitatieve en tijdloze basics, en ook hun prijzen vallen goed mee. Voor denim vind ik Levis een goed merk en ook Hema heeft eigenlijk best wat goede dingen, zeker wat ondergoed betreft. Stockverkopen, waar designers hun collectie op het einde van het seizoen aan voordeliger prijzen aanbieden, kunnen ook de moeite zijn om eens te gaan kijken. Voor de kwaliteit die je daar vindt, zijn de prijzen geweldig.
“Nog een tip: koop zoveel mogelijk lokaal. Je hebt heel wat goede Belgische merken, zoals Essentiel, en designers als Dries Van Noten en Ann Demeulemeester. Maar ook het Belgische Scapa, dat zijn stoffen nog in Vlaanderen laat maken, vind ik een goede keuze. En uiteraard is vintage kopen een mooi en duurzaam alternatief voor nieuwe mode.”
Ik vind het zelf altijd moeilijk om in dat enorme tweedehandsaanbod goede stukken te scoren. Hoe pak je dat efficiënter aan?
“Daar had ik zelf vroeger ook moeite mee. Wat ik meestal doe, is de kledingrekken vanop een afstand scannen zonder stukken vast te pakken of nauwkeurig te bekijken. Ik wacht eigenlijk tot ik een stof zie die écht in het oog springt voordat ik een kledingstuk wat meer in detail ga bestuderen. Zodra je door het hele assortiment gaat, wordt tweedehands winkelen echt te overweldigend.”
Tot slot: voor mannen lijkt het kledingaanbod vaak beperkter en saaier. Hoe kunnen zij het interessant houden?
“Ik zou zeggen: beperk je niet tot de mannenafdeling, want die kan inderdaad vrij grijs zijn. Modeketens hangen natuurlijk vooral kleding in de winkel waarvan ze weten dat die goed gaat verkopen. Voor mij hoeft er geen onderscheid meer te zijn tussen mannen- en vrouwenkleding, dat vind ik niet meer van deze tijd. Maar tegelijk zie ik dat het voor veel mannen toch nog wat ongemakkelijk voelt om op de andere afdeling eens een kijkje te nemen. Waarom eigenlijk? Mijn winterjas is een vrouwenjas. Dat model staat me gewoon beter.
“Wat ook kan helpen, is op zoek gaan naar jonge ontwerpers. Denk bijvoorbeeld aan Harris Reed en Arturo Obegero. Zij duwen de deur stilaan open voor interessantere mannenmode. En ik ben ook fan van websites zoals Matches Fashion, waar je interessante designerkleren voor mannen kunt kopen.
Kan het dan een goed idee zijn om toch wat vaker online te winkelen?
“Ja, online zie je natuurlijk de hele collectie. Het moeilijke aan online shoppen is dat je de kleding niet kunt voelen en dat je soms iets moet terugsturen. Maar je hebt wel een veel ruimer aanbod. En je kunt vaak ook bij jonge ontwerpers zélf kopen, waardoor je hun werk mee kunt ondersteunen.”
3 tips om stijlvoller voor de dag te komen
Koop kleding in de juiste maat. “Zorg er bij het kopen van jassen en hemden voor dat de naad netjes op de ronding van je schouder valt. Hetzelfde met jeans: die moet mooi rond je taille aansluiten, zonder al te veel ruimte tussen je heup en de denim. Probeer in de winkel eens een maat groter of kleiner dan de maat die je gewend bent – afhankelijk van het merk kunnen daar wel wat verschillen op zitten.”
Experimenteer meer. “Enkel door af en toe iets nieuws te proberen, kun je je persoonlijke stijl ontdekken en ontplooien.”
Herstel goede kleren die stukgegaan zijn. “Een kleermaker kan een mooi kledingstuk dikwijls nog van de afvalberg redden. Kousen waarin gaten zitten, kun je gewoon zelf herstellen.”