InterviewSiska Schoeters
‘Probeer niet in alles uit te blinken’: de werklessen van Siska Schoeters
Radio- en televisiepresentatrice Siska Schoeters (40) leerde dat ze het beste werkt onder een strakke deadline, en dat een gebrek aan structuur juist inspirerend kan zijn. ‘Het is oké als je er eens niet in slaagt om vers eten voor je kinderen op tafel te zetten.’
Maak tijd voor jezelf
“Eigenlijk heb ik twee jobs: enerzijds ben ik alleenstaande moeder, en daarnaast heb ik ook nog die drukke mediajob. Als je naast al dat werk niet af en toe tijd maakt voor jezelf, trek je het niet. Eén keer per week maak ik daar bewust ruimte voor, en rijd ik naar mijn personal trainer in Antwerpen. Ik ben totaal niet sportief hoor, maar ik merk wel wat voor een reusachtig verschil dat sporten maakt voor mijn mentale weerbaarheid. Het zorgt ervoor dat ik mijn leven en mijn werk kan volhouden.”
Leer van wie je voorging
“Ik ben mijn carrière destijds begonnen bij de radio. Toen ik later ook televisiewerk begon aan te nemen, zijn er toch momenten geweest waarop ik stevig uit mijn comfortzone werd getrokken. Op een podium staan of voor een publiek spreken, dat had ik nog niet vaak gedaan. Ik heb toen veel gehad aan de mensen rond mij die al langer in het vak zaten dan ikzelf, zoals Bart Peeters en Niels Destadsbader. Als iemand een lange en mooie carrière heeft, is er altijd wel iets wat je van hen kunt opsteken. Probeer dus zo veel mogelijk te leren van die vakrotten, óók als die mensen jonger zijn dan jou.
“Aan mijn tijd bij Studio Brussel heb ik bijvoorbeeld enkele wonderlijke vriendschappen overgehouden, en ik vind het nog steeds ongelooflijk inspirerend om te horen hoe zij vandaag radio maken. Het is een beetje cliché, maar jonge mensen houden je ook zelf jong. En ik ben nog maar 40.” (schaterlacht)
Soigneer je team
“Dat is nog iets wat ik van Bart Peeters heb opgepikt. Elke ochtend ging hij tegen zijn hele crew goeiedag zeggen. Mensen denken altijd dat grote sterren veel streken hebben, maar de allergrootsten hebben juist het minst last van kapsones. Ik besef dat ik misschien wel degene ben wier hoofd op het eindproduct plakt, maar uiteindelijk werk je met een veel groter team aan een programma. Zonder elkaar stuikt de boel in elkaar. Ik zal dus altijd goeiedag zeggen tegen iedereen met wie ik samenwerk, van de lichtman tot de persoon die het sanitair voorziet.”
Zorg voor variatie
“Ik heb een behoorlijk ingewikkelde agenda, omdat ik zoveel verschillende opdrachten door elkaar doe. Het werk voor de radio, Durf te vragen, De wonderjaren of The Greatest Dancer van Vlaanderen zijn allemaal heel verschillende projecten, maar die variatie houdt het voor mij wel interessant. Dag in, dag uit hetzelfde doen, dat zou niets voor mij zijn. Ik zou me te snel vervelen.
“Als mijn kinderen bij mij zijn, probeer ik meer voor structuur te zorgen. Dan sta ik ’s ochtends en in de namiddag aan de schoolpoort, en maak ik ’s avonds verse soep. Maar daarbuiten mag het voor mij allemaal wat door elkaar vloeien.”
Kies voor strakke deadlines
“Door mijn radiowerk ben ik het gewend om onder hele strakke deadlines te werken. Drie minuten, meer tijd is er vaak gewoon niet om je voor te bereiden. Die korte sprints werken ook heel goed voor mij, en houden me scherp. Als ik aan grotere projecten denk, begint het me te duizelen. Ik heb in mijn leven nooit een paper of een thesis moeten schrijven. Gelukkig maar, want ik denk dat ik dan nog altijd op de hogeschool zou zitten.” (lacht)
Vind plezier in wat je doet
“Ik besef heel goed dat ik een ongelooflijk toffe job heb en daar probeer ik mezelf ook vaak genoeg aan te herinneren. Als we aan het draaien zijn, en weer op een of andere zotte plek zijn terechtgekomen, of bij interessante mensen op bezoek mogen, zeg ik dat soms ook hardop tegen mijn team. ‘Dit is onze job hè, mannen. Vergeet dat niet!’ Een zachte glimlach op je gezicht houden tijdens je werk, dat lijkt me toch belangrijk. Het helpt ook om de zenuwen te relativeren die je soms kunt voelen bij een groot project.”
Wees mild voor jezelf
“Je mag ambitieus zijn in je werk, je mag het goed willen doen, maar je kunt niet in alles uitblinken. Dat is een les die ik zelf nog onder de knie probeer te krijgen. Dat het oké is als je er eens een dag niet in slaagt om vers eten voor je kinderen op tafel te zetten. Of dat een mindere werkdag er nu eenmaal bij hoort. Tijdens de opnames van Durf te vragen in de aflevering over pleegzorg, begon ik tijdens een van de interviews te wenen. Zelf vond ik dat meteen heel onprofessioneel, maar mijn entourage verzekerde me dat het juist menselijk is. Lief zijn voor jezelf wanneer het eens niet volgens plan loopt, is zo belangrijk. Anders hou je het niet vol.”