InterviewDe vragen van Proust
Nele Bauwens: ‘Mijn therapeute zei altijd: ‘Je moet blijven vrijen, hè’’
Schrijver Marcel Proust beantwoordde ze ooit in een vriendenboekje, nu geeft De Morgen er een eigenzinnige draai aan. Tweeëntwintig directe vragen, evenveel openhartige antwoorden. Deze week: cabaretière Nele Bauwens (46). Wie is zij in het diepst van haar gedachten?
Hoe oud voelt u zich?
“Wel, een tijd geleden zag ik Iggy Pop op Jazz Middelheim. Hoe hij daar stond, jongens! Ik ben daar nog altijd van omvergeblazen. Die gast is 75 en zwiert zichzelf op dat podium. Zo explosief! Die is ouder dan mijn ouders en staat daar te springen en te roepen: ‘I wanna be free!’ Dan denk ik: ja, dat is het, hè. Je vrij voelen om te doen wat je doet. Zo in het leven staan. 75 jaar, wat betekent dat? Je bent gewoon wie je bent. Fuck it. Leeftijd heeft daar geen vat op. Nu, dat is ook niet helemaal waar, want die gast loopt krom van de pijn van te stagediven of weet ik veel. Die Iggy Pop is helemaal kreupel, hè. Maar wat een leven! Hij is een held.
“Je bent nooit te oud om te doen wat je wilt doen. Dus stop met te zeggen: ‘Ik voel mij nog altijd twintig’, dat slaat nergens op. Waarom je jonger willen voordoen dan je bent? We zijn veel te veel bezig met leeftijd.
“Ik ben nu 46 en vraag mij af wanneer ik nog eens geconfronteerd ben met mijn leeftijd. Dat was na de bevalling van mijn dochtertje. Toen had ik door veel te obsessief af te kolven een ontsteking in mijn polsen. Volgens de handspecialiste is dat iets voor oudere mensen, ontstekingen. Nu lig ik elke nacht als een soort RoboCop in bed met twee braces. Ik heb ook last van een knipvinger. Komt alleen voor bij 65-plussers, naar het schijnt. ‘Ik kan dat opereren’, zei de handspecialiste. Ik zei: ‘Opereren?! Mijne fuck-you-vinger? Daar blijfde gij af.’ (lacht) Ik ben opgeschoten in haar kabinet en heb gezegd: ‘We zullen over twintig jaar eens terugkomen en zullen dan wel zien wat ik met mijne fuck-you-vinger doe.’ Is dat dan ouder worden? Zo’n knipvinger, juist op de verkeerde plek? (lacht) Dat is de laatste keer dat ik met mijn leeftijd te maken kreeg. Voor de rest interesseert hij mij werkelijk geen hol.”
2. Wat vindt u een kenmerkende eigenschap van uzelf?
“Ik denk dat ik een enorme motivator ben. Ik denk ook dat ik heel moedig ben en een enorm doorzettingsvermogen heb. En daarom heb ik het soms wel lastig met mensen die opgeven omdat de combinatie met hun gezin niet meer mogelijk is, omdat ze te gestresseerd zijn of te hard twijfelen. Vroeger was ik altijd de eerste om te proberen hen weer op de trein te sleuren. Ik zou mij wel aanpassen en ervoor zorgen dat ze konden aanblijven. Ik ben enorm loyaal aan de mensen met wie ik samenwerk. Maar nu ben ik daarmee gestopt. Anthony Hopkins zei ooit: ‘Life is too short to deal with other people’s insecurities.’ Het is inderdaad verloren energie om aan een dood paard te blijven trekken.
“Ook in de liefde geef ik niet op. In het verleden ben ik altijd in de steek gelaten. Ik laat nooit iemand in de steek. Waarschijnlijk is dat het gevolg van mijn opvoeding. Mijn ouders zijn getrouwd in goede en in slechte dagen. Scheiden, dat doe je niet. Ik ben dan ook kapot als een relatie stuk gaat. De verwerking ervan duurt altijd langer dan de relatie zelf heeft geduurd. (lacht) Ik denk altijd: oké, het gaat slecht, maar we komen er wel door. Tot het obsessieve. Ik geef om de dood niet op, ik denk dat ik nog liever scheef ga.
“Mijn motto is eigenlijk: ‘Be afraid and do it anyway.’ Soms kruip ik in een hoekje van de schrik en dan denk ik: ‘Cut the crap, godverdomme. Ga er gewoon voor.’ En als het niet lukt, laat mij maar dan mislukken. Mogen we nog mislukken, ja?”
BIO
actrice, cabaretière, zangeres • geboren in Galmaarden op 27 september 1976 • zette in 1999 met Dahlia Pessemiers het theaterproject De Alpenzusjes op; werkte in dit verband ook samen met Luc De Vos • zong bij El Tattoo Del Tigre en de meidengroep Hormonia • gaat vanaf 5 november op tournee met har show Nele Bauwens swingt het jaar uit • nelebauwens.be
Wat is uw passie?
“Mijn passie is mijn rusteloosheid. Vaak wordt dat als problematisch gezien, maar mij geeft dat de vrijheid om te doen wat ik doe. Het wakkert mijn nieuwsgierigheid en creativiteit aan, maar zorgt ook voor een rollercoaster van emoties. Als ik zie wat er zich allemaal afspeelt in de wereld, kan mij dat heel hard naar de keel grijpen. Dat drijft mij om op onderzoek te gaan, om te lezen, maar op een bepaald moment moet ik het van mij afschrijven. Ik ben een maker die heel diep in de emoties duikt, tot ik denk: stop, nu moet het los. Als ik dan een voorstelling maak, is het recht uit het hart.
“De eindejaarsconference waar ik nu aan werk samen met Sam De Graeve en Raf Walschaerts vervelt zoals een slang naarmate de actualiteit vordert. Dat is heel zenuwslopend omdat er zoveel gebeurt in de wereld. Toch wil ik dat er ook twee H’s in zitten, namelijk humor en hoop. Daarom hebben we gekozen voor een muzikale eindejaarsconference met een bigband, The Whodads. Het mag namelijk een feest worden. Het mag bruisen. Het mag een explosie worden zoals bij den Iggy. Het kot mag afgebroken worden.” (lacht)
Vindt u het leven een cadeau?
“Ja. O ja, echt waar. Ik krijg er kippenvel van als je mij de vraag stelt. Ik ervaar dat zo hard als een cadeau. Ik heb zeven jaar geprobeerd om zwanger te raken. Vijf operaties gehad in mijn buik. Zoveel fertiliteitsbehandelingen ondergaan. Ik heb mij zo ellendig gevoeld, en toen werd Robyn geboren. Zij is het mooiste cadeau dat ik ooit heb gekregen. Bovendien heb ik zo’n fantastische man. En ik kan doen waarvoor ik in de wieg gelegd ben.”
Welke kleine dingen kunnen u blij maken?
“Onaangekondigd bezoek. We zijn aan het eten en er valt ineens iemand binnen. Onaangekondigd bezoek zal nooit passen. Als er vroeger bij mijn ouders aangebeld werd sprong ons vader recht: ‘Godverdomme, wie belt er nu?’, terwijl ik dat altijd als heel leuk heb ervaren. Zo’n spontaan bezoek explodeert altijd in veel te veel drinken en dansen. Geweldig. Soms wil ik zelf ook bij iemand binnenvallen, maar ik weet hoe vervelend mensen dat vinden. Ik probeer nu al maanden een vriendin te zien, maar dat is altijd via WhatsApp, Doodle, kijken naar elkaars agenda – om zot van te worden. Nu heb ik haar voorgesteld om gewoon binnen te vallen. Ben ik niet thuis? Tant pis. Dat vooraf afgesproken samenkomen, pff... Nee.”
Wat biedt u troost?
“Muziek. Vooral Chet Baker. Ik heb onlangs nog zo liggen bleiten met zijn plaat Let’s Get Lost. Hij heeft zo’n zachte, breekbare stem, zo mooi. Maar ook Frank Sinatra: ‘How do you keep the music playing? How do you make it last?’ Lage mannenstemmen vind ik sowieso het meest sexy dat er is. Daar kan ik instant verliefd op worden. (lacht) Mezelf troosten doe ik door eens goed te wenen met de allermooiste muziek die er bestaat. De muziek lost mijn verdriet op.”
Wat was de moeilijkste periode in uw leven?
“De tocht om zwanger te worden, omdat ik toen zoveel verdriet heb gehad. Ik had adenomyose, een vorm van endometriose (die zich in de wand van de baarmoeder bevindt, red.). Het was een odyssee van de ene fertiliteitskliniek naar de andere. Altijd was er wel een arts die zei: ‘Ik los dit op.’ Vijf keer geopereerd, maar het probleem kwam steeds terug. Het allermoeilijkste moment was toen een bepaalde fertiliteitsarts met een zekere arrogantie zei: ‘Kijk, met mijn expertise... Ik ga je nog één keer opereren, maar als het niet lukt, halen we je baarmoeder eruit.’ Naast hem zaten twee assistentjes te keuvelen, terwijl ik letterlijk de zwaarte naar beneden voelde komen en de grond onder mijn voeten voelde wegzakken. Intuïtief voelde ik aan: ik moet hier weg.
“Uiteindelijk weten we niet waardoor ik zwanger ben geraakt. Mijn therapeute zei altijd: ‘Je moet blijven vrijen, hè.’ Dus weten we niet of het via een terugplaatsing van een embryo of spontaan is gelukt.
“Destijds heb ik een voorstelling gemaakt over mijn onvervulde kinderwens. Ik heb er drie seizoenen mee getourd. De laatste avond was ik zwanger en ik wist het niet. Ik meende dat ik in de menopauze zat. Ik dacht: ‘Het is voorbij. Nu pinten drinken. Ik stop met al die behandelingen. Ik heb het gehad.’
“Even later had ik een droom. Een stemmetje zei: ‘Mama, ik ben weg. Ik kan hier nu niet in het leven zijn.’ En het jongetje sprong in zee. De volgende dag kreeg ik een bloeding. Ik dacht dat ik een miskraam had. Het was tijdens de feestdagen. Daar zat ik in de zetel met al mijn verdriet. Toen ik nadien bij de fertiliteitsarts kwam, zei ze: ‘Nou, ik weet niet wat jij je allemaal in je hoofd haalt, maar je bent zwanger. En het is geen jongen maar een meisje. Proficiat!’” (lacht)
Hebt u ooit een religieuze ervaring gehad?
“Toen ik zwanger wilde worden zei iemand dat ik naar een bedevaartsoord moest om een noveenkaars te branden. Wij naar Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën in Berlare, bij het Donkmeer. Terwijl ik de kaars aanstak, dacht ik: het komt allemaal in orde, morgen komt er iets op mijn weg en het zal goed zijn. De dag nadien reed ik met mijn auto tegen een paal. (lacht) Dat was mijn enige religieuze ervaring. God straft waar hij wil, of zo.”
Wat is uw zwakte?
“Ik ben verslaafd aan pindakaas van Calvé. Kom niet af met een ander merk, want dat zal niet pakken. Als ik voor het rayon sta, denk ik: zou ik nu een pot nemen of niet? Als ik dan zwicht, worden het er ineens keiveel. (lacht) Thuis eet ik ze dan leeg met een lepeltje.
“Als kind kon ik zo ineens tien dagen lang alleen maar préparé eten op mijn bokes, of een hele bak Gini leegdrinken, of twee tubes Kingskes inslikken. Helemaal niet gezond.”
Waar hebt u spijt van?
“Ik heb spijt dat ik niet meer instrumenten kan bespelen. Ik speel piano, ik blaas een beetje op een klarinet, maar ik had graag trompet geleerd. Dan had ik bijvoorbeeld Chet Baker kunnen spelen. Ik vind dat zo sexy, een vrouw op een trompet. Wow, dat had ik graag gedaan.”
Wanneer hebt u het laatst gehuild?
“Ik huil dikwijls van het lachen. (lacht) Met Louis de Funès of zo. Met van die flauwe humor kan ik mij kapot lachen.
“Maar echt gehuild van verdriet heb ik toen mijn therapeute is gestorven. Aan het einde gaf ze geen sessies meer. Dan ben ik haar gaan bezoeken, tot op het laatste. Dat was het minste dat ik voor haar kon terugdoen. Ik heb haar nog te drinken gegeven uit een rietje. Zij was een van de mooiste personen rondom mij die ik heb verloren. Ik mis haar heel erg.
“Dertien jaar geleden ben ik bij haar terechtgekomen toen ik in een crisis zat met mijn ex-lief. Ik was 33. De dag dat het gedaan was zei hij: (met Antwerps accent) ‘33, da’s ’t joar van Christus. Vanaf na goaget beginne.’ Ik zat er echt onderdoor. Ik was graatmager. Ik vrat mezelf letterlijk op, omdat ik maar blééf volhouden, ook al bedroog hij mij, ook al was dat een destructieve relatie. Ik wilde maar niet opgeven. Toen heeft een vriend mij meegenomen naar Nederland, waar zij haar praktijk had. Ik ben zo dankbaar voor alles wat zij mij heeft meegegeven.
“Tot op heden heb ik dus geen therapeut meer en ik vind dat echt een mankement. Dat je niet iemand hebt die in je kop kan kruipen en de chaos een beetje kan opruimen.
“Vorige week was hier trouwens een meisje dat afgestudeerd is in klassieke zang en niet goed haar draai vindt. Ineens leek het wel alsof mijn therapeute op mijn stoel zat. Ik zei dingen die ik van haar geleerd heb. Daarover gaat het leven: dingen doorgeven. Dat zijn van die momenten waarop ik denk: ze is nog altijd bij mij.”
Bent u ooit door het lint gegaan?
“In mijn vorige relaties ben ik vaak door het lint gegaan, echt huilen en schreeuwen, omdat ik me machteloos voelde. Maar door het lint gaan is voor mij ook imploderen, en dat is gebeurd toen we voor de tweede keer op slot moesten tijdens corona. Ik heb me volledig in mezelf teruggetrokken. Ik sprak bijna niet meer, en dat heeft lang geduurd. Zo weinig respect voor onze job. Achteraf is ook gebleken dat het zinloos was. Hoeveel mensen zijn er niet uit onze sector moeten verdwijnen omdat ze hun huis niet meer konden betalen? We zijn allemaal doorzetters. Kunstenaars zijn doorzetters. Maar zovelen hebben uit harde noodzaak moeten switchen.”
Hoe was uw kindertijd?
“Ik was enig kind en was voortdurend aan het zeuren om een broer of een zus. ‘Ik ben eigenlijk wel gewoon heel blij met ons drieën’, zei mijn mama altijd. Ik zei: ‘Ik niet. Ik wil een broer of een zus.’ Ineens kwam ze thuis en zei ze in tranen: ‘Het is geen broertje of zusje. Het zijn er twee.’ (lacht) Toen de tweeling geboren werd en alle aandacht naar hen ging, ben ik dikwijls kwaad geworden op ons moeder. ‘Ik heb een broer óf een zus gevraagd. Geen twee!’ Ineens moest ik naar de Superconfex. Ineens moest ik jassen kopen die drie jaar mee konden en veel te grote onderbroeken dragen. Daarvoor was ik echt een poppemieke, hè. Altijd pico bello in orde. Ik vond het ellendig. Het leeftijdsverschil was ook te groot. Ik moest toch nog alleen op kamp. Ik moest alles alleen doen. Dat was geen fijne tijd.
“Anderzijds hebben mijn ouders er wel voor gezorgd dat ik een abonnement had in De Munt, dat ik naar toneel kon gaan kijken, dat ik naar de academie kon. Ze hebben alles gedaan zodat ik de persoon kon worden die ik nu ben.
“De madam van de notaris in het dorp had eens gezegd: ‘Hulle Nele, die heeft aanleg ze. Veur iets artistiek.’ En als de madam van de notaris dat zei, moest er geluisterd worden. Ik ben dan overal ingangsexamens gaan doen, terwijl ik nog nooit toneel had gespeeld. Op school lazen we wel Griekse tragedies. Ik weet nog dat ik met de intro van de Ilias van Homeros naar het ingangsexamen van Studio Herman Teirlinck ben getrokken. Toen zaten ze daar allemaal, hè. Jan Decleir, Frank Vercruyssen, alle groten. Ze vroegen wat ik ging brengen. Ik had geen notie van theater. Wat kende ik? Opera, want ik ging naar De Munt en kon zingen als een engeltje. Bon, ik zong de aria ‘O mio babbino caro’ van Puccini. Dat vonden ze al raar. Daarna begon ik aan mijn zelfgekozen stuk: de Ilias, in het Oud-Grieks. (lacht) Dat vonden ze zó raar dat ze zeiden: ‘Die moeten we houden!’
“Ik kan mij ook voorstellen dat ze nog nooit iemand hadden gezien met zoveel haar als ik. Stel je voor: ik stond daar in een zwarte maillot met rode lippenstift en zo’n kop haar in het Oud-Grieks te debiteren. Bovendien kwam ik uit Galmaarden. De boerenbuiten. Ze wisten niet eens waar dat lag.” (lacht)
Wat hing er aan de muur van uw tienerkamer?
“Aan de ene kant posters van Bros. (lacht) Die twee blonde jongens. ‘When will I, will I be famous.’ Ik was echt verliefd op die gasten. Aan de andere kant de Latijnse vervoegingen en verbuigingen. Ons vader zei: ‘Als je dat leest voor je naar bed gaat, ken je dat de volgende dag.’ Daar is iets van. Als ik een tekst vanbuiten moet leren, neem ik hem nog altijd mee naar bed.”
Welk boek heeft voor u een speciale betekenis?
“Ik heb onlangs A Field Guide to Getting Lost van Rebecca Solnit gelezen. Een aansporing om opnieuw naar buiten te komen, om opnieuw op onderzoek uit te gaan, om meer rond te dolen. Dat is iets wat ik wel heb, de drang om verloren te lopen. Mag dat nog? Met al die Waze en Google Maps? Zoals Wannes Van de Velde zong: ‘Ik wil deze nacht in de straten verdwalen.’ Gewoon om te zien: wat gebeurt er hier, wie kom ik tegen, wat komt er op mij af?
“We moeten ook allemaal veel meer loeren. Dan kom je van alles te weten. En dan daarover fantaseren, dat is toch fantastisch? Soms ga ik gewoon boven zitten om wat te loeren naar de buren. Dan vraagt mijn lief ’s avonds: ‘Wat heb je gedaan vandaag?’ Een dagje geloerd.” (lacht)
Hoe definieert u liefde?
“Er voor elkaar zijn op moeilijke momenten. Ik heb dat nooit sterker ervaren dan bij mijn huidig lief. Wat hij voor mij gedaan heeft in die moeilijke jaren toen ik niet zwanger raakte, is het schoonste wat iemand ooit gedaan heeft en ooit zal kunnen doen. Hij stond altijd aan mijn zijde. Telkens weer met goede moed. Dat getuigt van een enorme liefde.”
Wat vindt u erotisch?
“Iggy Pop op Jazz Middelheim. Op een gegeven moment zei hij tegen een vrouw in de zaal: ‘I love you, baby’. Allee, wat is er meer sexy dan Iggy Pop die zegt ‘I love you, baby’? Toen hij dat zei, had ik zoiets van: wow jong, die is én sexy én explosief gelijk een zot. Hoe zal dat zijn als ik 75 ben?” (lacht)
Hoe voelt u zich in uw lichaam?
“Ik ben mij aan het opladen. Die eindejaarsconference komt eraan. Dat manifesteert zich in mijn lijf. De energie stapelt zich op tot ik ze kan loslaten. Want dat podium moet exploderen.”
Wat is de speciaalste plek waar u ooit de liefde bedreven hebt?
“Shit, zeg. Ik ging het niet over seks hebben. Gisteren in bed met mijn lief, hij was nog eens thuis. En in het verleden: het enige wat ik mij voor de geest kan halen is een veel te lange vrijpartij in Cuba onder een enorme sterrenhemel. Op een brug, super spannend want je kon eraf vallen. Twee uur lang. Ik kwam niet meer bij.” (lacht)
Hoe zou u willen sterven?
“Pijnloos gelukkig. Schluss, gedaan. Van het podium vallen of zo.”
Wat zou u wensen als laatste avondmaal?
“Dat hangt ervan af. In de zomer zou ik niet graag een stuk wild krijgen.” (lacht)
Welke droom hebt u nog?
“Om nog eens met een grote cast te spelen, omdat ik daar enorm veel energie uithaal. En om een eindejaarsconference voor tv te geven. Waarom moeten het altijd mannen zijn?”
Nele Bauwens swingt het jaar uit, vanaf november tot eind januari op allerlei plekken in Vlaanderen. www.nelebauwens.be