GetuigenissenFotoboek Recovery Pathways
‘Mannen wilden nooit gewoon helpen, er zat altijd iets achter’: vrouwelijke ex-verslaafden over hun herstel
Vrouwen met een drugsverslaving zijn er altijd geweest, maar hun verhalen bleven lange tijd onderbelicht. Met Recovery Pathways, een fotoboek waarin acht vrouwen hun hersteltraject op beeld vastleggen, moet daar verandering in komen. ‘Ik heb in mijn tijd als verslaafde vrouw veel grensoverschrijdend gedrag meegemaakt.’
Het zijn op het eerste gezicht vaak doordeweekse beelden: foto’s van huisdieren, van wandelingen door het bos, en extreme close-ups van gezichten. Maar voor de acht vrouwen die meewerkten aan Recovery Pathways, een fotoboek over hoe het herstelproces na een verslaving eruitziet, zijn ze van levensbelang geweest. Het zijn stuk voor stuk snapshots van momenten die betekenisvol waren om het leven weer de moeite waard te vinden, ook zonder roes. Ook hun (geanonimiseerde) verhalen staan in het boek opgetekend, naast bijdragen van Tijs Van Steenberghe en Jessica De Maeyer, die allebei aan de HoGent al jarenlang onderzoek doen naar drugsgebruik, en die mede-auteurs zijn van het project.
Het fotoboek ligt voor ons op tafel in de woonkamer van Mandy (34), die meegewerkt heeft aan het project. Het zijn ook háár honden die in het boek staan, en die nu in haar tuin in Hoegaarden achter elkaars staart aanzitten. Het is ook háár geschiedenis.
Ze oogt wat nerveus om haar verhaal te delen maar wil het toch doen in de hoop ex-gebruikers, op wie vaak een stigma rust, een menselijker gezicht te geven. Haar eigen drugsgebruik begon destijds onschuldig, herinnert ze zich, door cannabis te roken op festivals en feestjes toen ze een jaar of vijftien was. Maar de situatie escaleerde snel: de cannabis werd aangevuld met xtc en cocaïne, en later ook met speed “omdat het effect daarvan sneller merkbaar was”. En hoewel haar drugsgebruik zich eerst nog beperkte tot feestjes en sociale aangelegenheden, werd het nadien steeds alledaagser. “Tot ik ook op doordeweekse dagen een lijn speed nodig had om me goed te voelen.”
“Ik ben zelf altijd een heel impulsief persoon geweest”, zegt Mandy, in een poging een verklaring voor haar verslaving aan te wijzen. “Als iemand zei dat hij mij geen xtc kon geven, maar dat hij wel speed op zak had, dan was dat voor mij meteen goed. Die karaktertrek zal mijn gevoeligheid voor verslavingen alleen maar vergroot hebben.” Maar ook enkele traumatische gebeurtenissen uit haar jeugd, waar ze liever niet over uitweidt, speelden een rol in het ontwikkelen van haar verslaving. “Door de trauma’s uit mijn verleden was drugs gebruiken voor mij eigenlijk sowieso een gigantisch risico. Eigenlijk lag het op voorhand al vast dat ik mezelf er compleet in zou verliezen.”
Het drugsgebruik gaf haar, even althans, een gevoel van controle. “Het was alsof ik mijn emoties kon reguleren als waren het schakelaartjes die ik aan en uit kon zetten. Maar het was absoluut een vals gevoel van controle, want in de tussentijd was ik natuurlijk gewoon een boeltje van mijn leven aan het maken. Ik ging niet meer naar school, had voortdurend geldproblemen, en ook thuis waren er veel spanningen en ruzies. Logisch ook: ik was soms dagenlang van huis weg, en had enorme woede-uitbarstingen.”
Op het dieptepunt van haar verslaving geraakte ze volledig geïsoleerd. Zelfs met haar vrienden die wél drugs gebruiken had ze op dat moment nauwelijks nog contact. “Ik zag alleen nog maar mensen om drugs van hen te kopen.” Op haar negentiende klopte ze uiteindelijk bij de huisdokter aan – “Ik wist niet waar anders naartoe te gaan, of welke hulpbronnen er allemaal waren” – om haar verhaal er in één keer uit te spuwen.
‘The bad woman’
Vrouwelijke drugsgebruikers zijn er altijd geweest, maar in research over de thematiek doken hun ervaringen en verhalen jarenlang niet of nauwelijks op. Er was dus dringend nood aan meer onderzoek. Dat stelden ook Tijs Van Steenberghe en Jessica De Maeyer vast. “Binnen de wetenschap rond verslavingszorg zijn vrouwen lang geen onderdeel geweest van de kennisontwikkeling”, zegt Van Steenberghe.
En dat is een gemis. Want hoewel er best wel parallellen te trekken zijn in hoe verslaving bij vrouwen en mannen tot uiting komt, of hoe hun hersteltraject eruitziet, er zijn ook opmerkelijke verschillen. “Zo blijkt dat er bij vrouwen veel meer schaamte is om aan te geven dat ze drugs gebruiken of afhankelijk zijn van drugs”, vertelt De Maeyer. “Als je als man zegt dat je drugs gebruikt, dan kan je in het oog van de samenleving nog steeds redelijk succesvol zijn. Sommigen vinden het zelfs stoer. Terwijl een vrouw die drugs gebruikt automatisch wordt afgeschreven als the bad woman. Een vrouw moet toch vooral zacht, lief en zorgzaam zijn. En drugsgebruik staat daar haaks op. Je voelt bij vrouwen dat het oordeel scherper is, ook naar zichzelf toe.”
Daardoor komen vrouwen doorgaans minder snel bij hulpbronnen terecht. Ze proberen in eerste instantie vaak zelf hun problemen op te lossen, waardoor ook mentale kwetsuren ten gevolge van hun drugsgebruik langer onbehandeld blijven, en zich dus verder kunnen ontwikkelen.
Maar ook heersende schoonheidsidealen in de samenleving spelen een rol in de ontwikkeling van de verslaving bij sommige vrouwen. Van Steenberghe: “Er leeft in onze maatschappij toch een bepaald idee van hoe een vrouw eruit moet zien. En wat we merken is dat voor een aantal vrouwen druggebruik een manier was om slank te blijven.”
Ook het moederschap speelt een enorme rol in hoe vrouwen met hun verslaving omgaan. “Veel vrouwen zijn bang dat ze, van zodra ze eerlijk zijn over hun drugsgebruik, hun kind zullen moeten afstaan”, zegt De Maeyer. “Er zit daar een sterke paradox in, want er wordt gezegd dat als je drugs gebruikt, je onmogelijk een goede moeder kan zijn. Maar tegelijk word je als vrouw ook maar voor vol aanzien van zodra je kinderen op de wereld hebt gezet.”
Grensoverschrijdend gedrag
Melissa (37) herkent er veel van. Ze wil enkel onder een schuilnaam haar verhaal kwijt, uit angst voor repercussies voor haar twee jonge kinderen. “Ik zou het afschuwelijk vinden als mijn kinderen plots niet meer uitgenodigd worden op verjaardagsfeestjes omdat hun moeder ooit een verslaving had”, zegt ze. Dat is nog nooit gebeurd, maar ze weet zelf maar al te goed hoe hardnekkig het stigma op drugsgebruik kan zijn.
Melissa begon als tiener te experimenteren met drugs. “Ik was mollig, en als jong meisje had ik het daar behoorlijk moeilijk mee. Ik vond het pijnlijk wanneer alle jongens enkel aandacht hadden voor mijn magere vriendin, terwijl ik toch óók een toffe was?” Via een vriendin kwam ze op een feestje voor het eerst in aanraking met xtc, maar later volgt nog een hele resem andere drugs. “Vooral door speed merkte ik dat ik begon af te vallen, razendsnel. Als mijn moeder een nieuwe broek voor me had gekocht, paste ik er tien dagen later al niet meer in. Het was echt extreem.”
Later zou ze ook cocaïne en heroïne gebruiken. Dat lijkt veel voor het lichaam van een meisje van vijftien om te verduren, maar toch zou het tot haar 21ste duren voor ze een eerste keer naar hulp grijpt. Enkele maanden later hervalt ze. In de jaren die volgen stommelt ze van de ene giftige relatie in de andere gevaarlijke situatie. “Het drugsmilieu is voor vrouwen toch een heel andere wereld”, zegt Melissa. “Ik heb veel grensoverschrijdend gedrag meegemaakt in die tijd. Vaak was ik voor mijn gebruik afhankelijk van mannen, en die wilden nooit gewoon maar even helpen. Er zat altijd iets achter.”
Het zijn wazige jaren, zegt Melissa daar zelf over. Tot ze plots zwanger wordt van haar toenmalige vriend. Voor haar het ideale moment om eindelijk definitief een punt te zetten achter haar drugsgebruik. Maar, onder andere door haar vriend die zelf ook zwaar onder de duim gehouden werd door zijn verslaving, komt dat er niet van. “Ik ben uiteindelijk heel mijn zwangerschap lang methadon blijven gebruiken. Ik had wel tegen mijn gynaecologe gezegd dat ik in het verleden een drugsverslaving heb gehad – ik wou dat ze op de hoogte was van de mogelijke risico’s die bij een verslaving komen kijken – maar ik kreeg het niet over mijn lippen om te zeggen dat ik ook nog op dat moment gebruikte. Ik dacht: als ze dat weten, wordt mijn kind al bij de geboorte meteen van me afgenomen.”
Melissa’s zoon wordt uiteindelijk met een spoedkeizersnede op de wereld gezet, al na 31 weken zwangerschap. “Zijn huid was nog doorzichtig en zijn longen nog niet volledig gevormd”, vertelt ze. Het mag een klein mirakel heten, maar het kind overleeft de eerste maanden van zijn leven. Niet veel later zal Melissa voor een tweede keer proberen om clean te geraken, wanneer ze zich laat opnemen in het ouder-kindprogramma van therapeutisch centrum De Kiem. Deze keer met succes.
Lange weg
“Ontwenningsprogramma’s zijn sowieso al geen plekken die overbevolkt worden door vrouwen”, zegt Van Steenberghe. “Vaak bestaan die programma’s voor 80 tot 90 procent uit mannen. Dat maakt de drempel voor vrouwen om naar zulke plekken te gaan alleen maar groter.” De Maeyer vult aan: “Bovendien zijn er te weinig plaatsen waar vrouwen met kinderen terechtkunnen. In Vlaanderen heb je wel het therapeutisch centrum De Kiem, maar ook daar zijn maar vier plekken waar vrouwen langdurig samen met hun kind kunnen verblijven. Voor veel vrouwen is dat echt een deal breaker.”
Beide onderzoekers benadrukken dat stoppen met drugs maar een klein stapje is in het hersteltraject na een jarenlange verslaving. “Wanneer je enkel de drugs wegneemt maar er niets van betekenisgeving in de plaats komt, kan je niet spreken van herstel”, klinkt het ook bij de onderzoekers. “Dan is het niet onlogisch dat mensen opnieuw beginnen te gebruiken. Als je mensen niet ondersteunt om hun leven weer op te bouwen, duw je hen bijna terug in drugsgebruik.”
Mandy herstelde uiteindelijk na een opname van tien maanden, zonder terugval. En ook Melissa is ondertussen al meer dan tien jaar clean. Ze hebben geluk gehad, zeggen ze zelf. Dat ze konden rekenen op financiële hulp of ondersteuning van familie om het weer in de echte wereld te redden. Dat ze langzaam een netwerk van niet-gebruikers konden opbouwen, en dat ze een job vonden die hen weer een gevoel van zingeving gaf. Het is allemaal van belang geweest in hun hersteltraject. Maar wat voor hen allebei de grootste omwenteling heeft betekend, was dat ze zichzelf opnieuw een beetje de moeite waard leerden vinden. “Dat heb ik jaren niet gekund”, zegt Mandy. “Mezelf leren accepteren, inclusief mijn mindere kanten, is ongelooflijk belangrijk geweest voor mijn herstel. Als je de hele tijd denkt dat je een afschuwelijk mens bent, dan ga je ook geen gezonde keuzes maken voor jezelf.”
Vandaag gaat het goed met de twee vrouwen, en is hun vrees voor een mogelijke herval gereduceerd tot een sluimerende oplettendheid. Al geeft Melissa toe dat ze wel nog voortdurend risicoanalyses maakt. “Er zijn nog steeds plekken waar ik beter niet kom en mensen die ik beter niet zie. Maar angst voor een herval heb ik niet: ik heb in de voorbije jaren veel opgebouwd, en daar ben ik trots op. Dat veeg je niet zomaar van tafel.”
Melissa en Mandy hopen dat er, onder andere door het fotoboek, mensen met meer mededogen naar hun levensloop zullen kijken. Want eigenlijk verschillen verslaafden niet zoveel van niet-verslaafden, vindt Mandy: “Het enige verschil is dat wij in drugs een manier hebben gezocht om om te gaan met heel menselijke problemen. Want waar het uiteindelijk over gaat, is hoe je omgaat met je emoties, met onrecht en onmacht. Dat zijn zaken waar iedereen uiteindelijk mee worstelt. Ik hoop dat ik mensen tenminste dát kan bijbrengen.”