Het consultBewegen & gezondheid
Hoe overtuig je een kind dat bang is voor zwemles om toch het water in te gaan?
Neen, lang niet elk kind staat te popelen om te leren zwemmen. Hoe kun je die angstgolf helpen overwinnen?
“Het is de hel”, zegt een collega over de zwemles van haar 6-jarige zoon. “Hij kreeg een nieuwe leraar en werd plotseling zo bang dat ik hem met geen mogelijkheid meer het zwembad in kreeg. Uiteindelijk heeft de zwemleraar hem het bad in gesleurd.” Ook al vindt je kind het niet fijn, zwemles valt in de categorie ‘het moet nu eenmaal gebeuren’. Hoe krijg je een angstig kind toch het water in?
Vaak escaleert het vlak voor vertrek: het kind wil niet mee, de ouder is bang om te laat te komen. Dat maakt het lastig om rustig te blijven. “Juist door die stress van het moment zijn ouders – heel begrijpelijk overigens – geneigd een stap over te slaan. Ze proberen hun kind gerust te stellen, komen met oplossingen, gaan pushen of bagatelliseren de angst”, zegt pedagoog Camiel van der Schoor van het platform Opvoeden in Zelfvertrouwen. “Terwijl het belangrijk is dat je even de tijd neemt om de angst te erkennen. Zeg: ‘Kom even bij me zitten. Ik zie dat het even lastig voor je is. Klopt dat? Vind je het spannend?”
Maak je het probleem dan niet nóg groter? “Als jij zelf ergens mee zit, wil je ook niet dat een vriend direct zegt: ‘Ach, dat valt wel mee!’ Dan ga je juist je best doen om de ander te overtuigen van jouw probleem.” Praten over waarom het spannend is, haalt de druk van de ketel. Wees wel duidelijk dat jullie wél naar de zwemles gaan. “Voelt een kind dat de mogelijkheid van thuisblijven bestaat, dan leidt dit alleen maar tot meer onzekerheid.”
“Probeer echt naar je kind te luisteren”, zegt Daniëlle van Dijk, die aan de Hogeschool Utrecht onderzoek deed naar zwemangst en de ervaringen van ouders en kinderen verwerkte in het boekje Loek in zwembroek. “Wat opviel, was dat de verhalen van ouders en kinderen hetzelfde leken, maar dat uiteindelijk toch niet waren. Het kind zei bijvoorbeeld: ‘Ik vind het diepe water spannend’, terwijl de ouder zei: ‘Duiken is zo’n drama’. Of de moeder vertelde: ‘Water is niet zijn ding’, terwijl het kind aangaf alleen de spetters in het gezicht niet fijn te vinden.”
Tips
“Vraag aan je kind: wat kunnen we doen om het makkelijker te maken? Kinderen komen vaak met creatieve oplossingen, zoals een knuffel meenemen of een hartje op de hand tekenen”, zegt Camiel van der Schoor. “Je stelt je als ouder niet op als ‘redder’ die alles oplost, maar als coach. Zo krijgt je kind meer zelfvertrouwen.” Mijn eigen zoon was gerustgesteld op het moment dat ik beloofde aan de zwemjuf te zeggen dat hij het spannend vond.
Was het een keer flink drama in de kleedkamer? “Kom op een rustig moment terug op de situatie en vraag: hoe gaan we ervoor zorgen dat de volgende zwemles beter gaat?”, zegt de pedagoog. “Refereer aan eerdere spannende ervaringen die uiteindelijk meevielen. Het is de kunst om de angst in perspectief te plaatsen: het is iets wat nu even speelt, maar ook voorbijgaat, als een golf.”
Volgens Daniëlle van Dijk, die eerst als zwemlescoördinator werkte en nu als gymdocent, verschilt het per kind welke methode werkt. “Soms moet je even streng zijn. Eenmaal in het water is er vaak niets meer aan de hand. Of gebruik fantasiespelletjes. Dat ze zogenaamd naar de dolfijnen onder water mogen kijken.” Het kan ook helpen om keuzes in te bouwen zodat het kind een gevoel van regie ervaart. “Ga je vandaag eerst op je rug of je buik zwemmen? Ga je tot hier of tot daar duiken?”
Ga je op een vrij moment met je kind naar het zwembad? “Oefen dan geen technische dingen”, adviseert Van Dijk. “Maak samen lol, zodat er positieve associaties ontstaan bij het zwemmen.”