InterviewPeter De Graef
‘Het mevrouwtje in mijn iWatch zegt dat ik goed bezig ben’: de werklessen van acteur Peter De Graef
Het schrijfproces van acteur en theatermaker Peter De Graef (64) verloopt vlotter wanneer hij zijn dag begint met een sinaasappel en een wandeling met de hond. ‘Wees baas over je mails en sociale media.’
Zorg voor vaste rituelen
“Mijn dag hangt met rituelen aan elkaar. Ik sta op, eet een sinaasappel, ga met de hond wandelen en begin te schrijven. Het is belangrijk dat ik die stappen doorloop want alleen dan komt het schrijven vanzelf. Zelfs als ik niet weet wat ik moet schrijven, schrijf ik toch, dan is het maar gezever. Schrappen kan altijd. Die rituelen zorgen ervoor dat mijn lichaam en hoofd spontaan lijken te weten: nu moeten we schrijven. Het wordt een automatisme, zoals met de auto rijden.
“Ook als ik op de planken sta, moet ik eerst mijn ritueeltjes doorlopen. Voor elke voorstelling ga ik bijvoorbeeld zes kilometer joggen. Het mevrouwtje in mijn iWatch roept me dan toe dat ik heel goed bezig ben. Omdat ik me thuis voel in een bepaald ritme komt het spelen vanzelf. Het lukt ook wel zonder, maar dan heb ik het gevoel dat ik moet dansen met één voet in een emmer uitgehard beton. Ik voel me slordiger en minder geconcentreerd. Het publiek merkt er niets van, zij zien enkel een goeie voorstelling, maar ik weet dat het beter kan.”
Doe dutjes
“Ik heb altijd een matrasje mee om in de loge een powernap te doen. Meestal ben ik snel in een diepe slaap verzonken. Veertig minuten lijken een paar seconden. Ik weet nooit waar ik ben als ik wakker word, zo diep slaap ik. Ik heb die momenten nodig omdat ik ’s nachts een vreselijk slechte slaper ben. Ik slaap in stukjes. Als ik wakker word, lees ik een boek en val ik weer in slaap. Vaak heb ik drie of vier leesmomenten. Iedereen is een ander type slaper, en dat is oké. Ik slaap vele, korte momentjes. Andere mensen slapen ’s nachts als één blok door en kunnen met de beste wil van de wereld geen powernap doen. Ik ga liggen, begin te doezelen, en spring fris en monter weer recht. Dat is de aard van het beestje. Ik heb er wel mee moeten leren omgaan.”
Leg je gsm wat vaker weg
“Ik ben de baas over mijn mails en sociale media. Niet omgekeerd. Maar ook dat heb ik moeten leren. Ik herinner me een slapeloze nacht omdat ik vlak voor bedtijd nog een mail van een of andere instantie had gelezen. Ze wilden me iets aanrekenen en ik kon er natuurlijk niet meteen op reageren, waardoor ik de hele nacht geen oog heb dichtgedaan. Sindsdien heb ik een strakke hygiëne: ik bekijk mijn mails ’s ochtends, net voor ik ga schrijven. Vaak zit er rommel tussen, dus meestal hoef ik maar op enkele mails te antwoorden. De rest van de dag kijk ik er niet naar. Mijn gsm heb ik niet altijd bij me en zelfs als ik hem bij me heb, neem ik niet altijd op. Als ik werk, leg ik hem bewust op de kast, in stille modus. Het vervelende is dat mijn iWatch dan begint te trillen. (lacht) In de auto gebruik ik de telefoon om naar podcasts te luisteren, maar niet om te bellen. Ik wil niet voortdurend verbonden zijn. Mensen weten dat. Het kan even duren vooraleer ik antwoord, maar ik laat er nooit meer dan 24 uur overgaan. Zelfs op vakantie.”
Luister naar celloconcerten
“Ik ben verknocht aan de stilte, of gewoon aan de geluiden zoals ik ze waarneem, maar als ik werk, zet ik muziek op. Omdat ik vaak drama schrijf, luister ik vaak naar filmmuziek of trage stukken uit het klassieke repertoire, zoals het celloconcert van Edward Elgar. Dat type muziek helpt me in de juiste sfeer te komen, waardoor schrijven makkelijker gaat. Toegegeven, ik ben niet bijzonder veeleisend in de selectie van mijn muziek. Ik laat me volledig leiden door de suggesties van Spotify.” (lacht)
Zet je ego regelmatig opzij
“Het ligt aan mijn ego als ik nerveus ben. Ik wil de best mogelijke versie van mezelf zijn en dat triggert de uitslover in mij. Zeker bij kunstzinnige arbeid is het belangrijk om dat ego regelmatig opzij te zetten en niet te willen scoren. Als ik mediteer, gebeurt er iets mysterieus. Ik ben nadien altijd aandachtiger en meer gefocust. In dat uur leg ik me toe op ontspanning van lichaam en geest. Dat lukt natuurlijk niet altijd, maar de kunst bestaat erin gedachten te laten komen en gaan, en ze gewoon te observeren. Mediteren is zoals tanden poetsen of eten: iets dat ik elke dag doe, voor de rest van mijn leven. Vroeger zaten die stille momenten ingebakken in het leven. Vandaag zijn we dat verleerd.”