ReportageBinnenkijker
Een betonnen parel van bOb Van Reeth
Dik veertig jaar geleden tekende de beroemde architect bOb Van Reeth de plannen voor deze strakke woning? De nieuwe eigenaars delen zijn liefde voor beton, glas en hout, maar vielen vooral voor de tuin: een oase in Antwerpen.
Ruim vijf jaar geleden verhuisden Ben en Nathalie van een karaktervolle burgerwoning naar een brutalistische architectenparel die dateert van eind jaren 70, begin jaren 80. Het contrast kon haast niet groter en dat was precies waar het koppel naar verlangde.
“Voor we hier introkken, hebben we altijd in oudere panden gewoond”, vertelt Ben. “Eerst in een klein, eeuwenoud handelspandje aan het Antwerpse Hendrik Conscienceplein, daarna dus in die honderd jaar oude burgerwoning in Borgerhout. Het waren charmante huizen die we grotendeels opknapten, maar het gevoel dat ze nooit ‘af’ waren, bleef. Was het ene klusje achter de rug, moest er wel iets anders aangepakt worden.
BEN en NATHALIE * kochten meer dan vijf jaar geleden deze woning tussen de Antwerpse Harmoniewijk en het Stadspark / ze wonen er met hun twee kinderen, Jacob (10) en Philippa (4) / Ben (40) is financieel directeur van het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen / Nathalie (37) werkt als grafisch vormgever in de modesector
“Ook dit huis draagt een geschiedenis met zich mee, maar het werd altijd goed onderhouden. Het dak en de verwarmingsketel hebben we ondertussen vernieuwd. Ook de elektrische toestellen in de keuken en het kraanwerk in de badkamer kregen een update, maar op de rest van het huis en het meubelmaatwerk viel niets aan te merken. De indeling bewijst dat de architect en de opdrachtgevers er non-conformistische ideeën op nahielden. Ook de materiaalkeuze – hout, staal, beton – is perfect en bijzonder. Je vóélt de liefde voor detail en kwaliteit.”
De woning is ontworpen door de beroemde Vlaamse architect en allereerste Vlaamse Bouwmeester bOb Van Reeth, bekend van het Antwerpse Zuiderterras en het zwart-wit gestreepte Huis Van Roosmalen aan de Scheldekaaien. Ben: “Het herenhuis dat hier oorspronkelijk stond, werd volledig gesloopt, op de gevel na. Dat was een administratieve kunstgreep, omdat nieuwbouwwoningen in die tijd een garage moesten hebben. Vijf jaar later werd die gevel in een postmodern jasje gestoken door de gerenommeerde Luikse architect Charles Vandenhove.”
Gek genoeg was het niet de vooruitstrevende architectuur die Ben en Nathalie over de streep trok: “Het waren de parktuinen, een zeldzaamheid in de stad. In de tuin van de achterburen staat een prachtige rode beuk, waarvan de takken in onze tuin komen piepen. Dat gaf ons een wauw-gevoel. Uiteraard intrigeerde de architectuur ons. Ook de locatie is top. Maar pas toen we er al een tijd woonden, zagen we in hoe geniaal het huis in feite is. Nog altijd zijn we onder de indruk van de uitgekiende woonbeleving.”
Wat deze woning uniek maakt, is het open-circulatieplan. Dat klinkt alsof er ook binnenshuis verkeersregels gelden, al zal een frontale botsing op de trap hier niet gauw voorvallen. “Dankzij de dubbele trap kruis je elkaar haast nooit. In de meeste huizen wordt de trap zo veel mogelijk aan het zicht onttrokken, hier vormt hij het hart van de woonst, als een soort atrium. Het is geen subtiel, verfijnd exemplaar, maar eentje uit beton, met blauwe hardsteen en stalen leuningen. In de trappenhal kun je, als je beneden staat, de nok van het M-vormige dak zien. Het doet je geloven dat het huis hallucinant hoog is, en toch torent het niet boven dat van de buren uit.”
Het huis bestaat uit twee symmetrische delen, die met elkaar verbonden zijn via de dubbele trappenhal. Zowel voor- als achteraan bevindt zich een blok van drie verdiepingen. “Niet alleen de trappenhal is open, ook de kamers kregen handige schuifdeuren. De ramen lopen dan weer door van de ene verdieping naar de andere. En doordat delen van het plafond bestaan uit houten roosters, zijn de verdiepingen niet volledig van elkaar afgesloten. Al die ingrepen maken het huis heel licht en luchtig. De pure eenvoud die het huis uitstraalt, heeft zelfs iets Japans.”
Minder luchtig zijn de betonstenen in de muren, vloer en plafonds. Ben: “We krijgen weleens de vraag of het huis nog afgewerkt moet worden. En of die grijze stenen geen likje verf nodig hebben ‘om het geheel warmer te maken’. (lacht) Maar de combinatie met hout en parket, en de grote raampartijen, creëert in onze ogen juist een heel gezellige sfeer.”
In elke kamer zijn op maat gemaakte kasten en ook de eerder afzijdige ‘cockpitkeuken’ heeft zijn voordelen volgens Ben en Nathalie. “Een open keuken is al een tijdje hip, maar wij hoeven niet de hele boel op te ruimen als er volk over de vloer komt. En het bezoek geraakt tenminste tot in onze living, terwijl we vroeger vaak in de keuken bleven plakken. Ja, dit huis heeft onze visie op wonen veranderd.”